Tag archieven: idioot

De idioot op de Dam

De idioot op de Dam Excuses mensen, echt, sorry, het spijt me verschrikkelijk dat u gisteravond zo geschrokken bent. U weet niet half hoe graag ik wil, dat het anders gelopen zou zijn. Maar helaas, helaas, we hebben hem ook niet hier binnen kunnen houden.

Ja, hij is gestoord, Al een heel leven lang. Altijd anderen tot last. Irritant mannetje. Vooral als hij wat op heeft. Nuchter gaat-ie nog wel. Eigenlijk is-ie dan best wel aardig, maar dat soort momenten heeft-ie helaas te weinig. Nee, als hij onder wat voor invloed dan ook is, valt er geen land met hem te bezeilen.

Toen ik de eerste berichten las, over de toedracht van dat verschrikkelijke moment, wist ik meteen: dat is er een van ons.
Een van ons, niet van u natuurlijk. Ook niet echt van mij, maar een van de vele mensen waar wij mee werken. De daklozen, de a-socialen, de paupers, de eeuwige criminelen. Draaideurtype? Nou, hij wel.

We konden hem niet binnenhouden omdat de opvang vol zat. Zeker tijdens dit soort dagen worden ze massaal de opvang ingejaagd. En normaal gesproken laten we er een paar meer binnen, dan eigenlijk mag, maar hij stond al compleet van de wereld voor de deur te tieren. Om veiligheidsredenen hebben we hem weer weggestuurd. We waren al onderbezet en moesten ook nog met twee onervaren uitzendkrachten draaien. En ik wilde graag zonder al te veel incidenten mijn dienst doen.

Daarom mijn excuses. Even niet aan al die mensen op de Dam gedacht. Want dat gekke Henkie voor overlast zou zorgen, was wel zeker. Alleen er niet bij stil gestaan dat-ie dat daar zou doen. Normaal gesproken hebben ze hem al in zijn kraag, hier op de hoek van de straat, omdat-ie staat te schreeuwen, of in een portiek plast, of in het openbaar zijn biertje drinkt. Maar ja, ik begrijp ook wel dat de politie het nu te druk met andere zaken had.

Ik noem hem gekke Henkie, maar ik zal u eerlijk vertellen: ik weet ook niet hoe hij heet. Jaren geleden kende ik elke gast hier van naam. Maar dat is de laatste twee jaar niet meer te doen. Het is zo druk hier. Er komen zoveel mensen. De luitjes die al jaren hier komen ken ik wel. Maar er zitten zoveel nieuwe gezichten bij. En vroeger waren ze of alcoholist, of junk, of gewoon simpel. De alcoholisten en de junks werden na een aantal jaren knettergek, omdat hun hersens bezweken onder het gebruik.
Tegenwoordig komen ze al gestoord binnen. Meer dan de helft van wat nu binnenkomt is “afdeling psychiatrie’, zoals wij dat hier noemen.

Tijd om iedereen te leren kennen, hebben we niet. Want het overlastbeleid is dan wel succesvol, minder gekke Henkies op straat, maar meer collega’s hebben we er niet bij gekregen. Sterker nog, we hebben minder personeel. Vroeger hadden we nog ruim huishoudelijk personeel. Nu moeten we zelf ook in de keuken staan en de natte groep schoonhouden. En alles rapporteren natuurlijk.
Zelf vinden we dat daardoor de tijd voor persoonlijk contact met onze gasten, zwaar is achteruit gegaan. We hadden wel geleerd dat persoonlijk contact veel hielp, om die mensen een beetje op de rails te houden. Maar ja, gaan we minder rapporteren, krijgen we minder subsidie, zegt de chef.

Het spijt me zo verschrikkelijk dat we deze ene knakker niet de aandacht hebben kunnen geven, die hij nu ineens volop heeft. Dat is dan weer wel een geruststellende gedachte. Voorlopig zit hij wel binnen en reken maar dat in dit geval er alles aan wordt gedaan om hem een poosje binnen te houden.

Ik vind het wel wat jammer dat onze minister-president zo snel wist te vertellen dat gekke Henkie bewust de herdenking heeft verstoord. Je moet dat bewustzijn van ons soort gasten eens van dichtbij bekijken. Overgaar gekookte spaghetti lijkt er nog het meeste op.
Als er al een min of meer bewuste reactie is geweest, dan zijn er twee mogelijkheden. Of hij moet gedacht hebben: wat nou stil, toen iedereen om hen heen dat zei. Of hij hoorde in die stilte de stemmen in zijn hoofd. Ineens geen afleiding, geen omgevingsruis dus stond-ie daar alleen met zijn oorverdovende stemmen. Toen is-ie terug gaan schreeuwen.

Jammer. Verkeerde tijd, verkeerde plaats. En allemaal onze schuld, omdat we ze niet allemaal 24 uur per dag binnen kunnen houden, laat staan ze de aandacht geven, die ze verder nooit krijgen.
Dus, beste mensen, veel heeft u er niet aan, maar toch excuses.

De idioot in bad.

Idioot in badAandacht is als een warm bad. Dat geldt zelfs voor de meest egocentrische solisten. Vandaag wordt de idioot in dat bad gedompeld. Het is de werelddag van de geestelijke gezondheid. Uw aandacht wordt gevraagd voor mensen in wiens bovenkamertje het er rommelig aan toegaat.
De kalender staat vol van aandacht vragende dagen en ze helpen maar zeer marginaal. De psychische gezondheidsdag wordt al
vanaf 1992 georganiseerd en blijkt, 15 jaar later, nog steeds nodig. De idioot krijgt zijn bad, maar “elke week is hem het lot beschoren, opnieuw een bange idioot te zijn gebleven”(uit het prachtige gedicht van M. Vasalis, “De idioot in bad“).
Het nederlandse Fonds Psychische Gezondheid kiest ervoor elk jaar een thema onder de aandacht te brengen.
Dit jaar: eetstoornissen.
Het lijkt wel of de wereld steeds gekker wordt. Het
aantal psychische stoornissen breidt zich uit. Geen probleem als je met behulp van een internet-therapeut (E-mental health) er weer van af kan komen. Er zijn ook aardig wat psychiatrische stoornissen, die goed te verhelpen zijn. Er zijn zo'n 27.600 mensen met een eetstoornis, maar dat aantal breidt zich niet uit, omdat er zoveel mensen ook weer van genezen, dat het aantal redelijk stabiel blijft. Maar wat te denken van de 17 duizend mensen die vorig jaar gedwongen werden opgenomen?
Een deel van die mensen zal genezen, maar een behoorlijk deel zal chronisch patiënt worden en tot de ongeveer 18.000 mensen gaan behoren die een lange tijd, soms zelfs de rest van hun leven, binnen de muren van een psychiatrische instelling verblijven.
Maar, kort of lang verblijf, eenmaal “uitbehandeld” is het oppassen geblazen. In toenemende mate komt de idioot op straat terecht. De idioot is tijdens zijn opname en behandeling huis, werk en sociale omgeving kwijtgeraakt. Dat moet weer worden opgebouwd. Door onvoldoende nazorg, door wachtlijsten bij “bemoeizorg”-organisaties, door een geschiedenis van schulden die dan weer boven water komt èn door het gedrag van de idioot zelf (wie wil er nu een buurman die miden in de nacht op het dak aria's staat te zingen?) is de straat de enige verblijfplaats die de idioot rest. En op straat gaat het binnen de kortste keren weer bergafwaarts. Medicijnen kwijt of vergeten in te nemen, dealertjes die de idioot (weer) aan de drugs helpen en regelmatig de toegang tot de nachtopvang ontzegd omdat er in zo'n opvang nou eenmaal geen psychiatrisch verpleegkundigen werken die weten hoe met het gedrag van de idioot om te gaan.
De idioot vraagt af en toe zelf om hulp. De hulpverlener is dan verplicht hem een aantal vragen te stellen en de idioot mag zijn hele vervelende geschiedenis weer op tafel leggen. De idioot wil rust, een dak boven zijn hoofd en elke dag een bad, want dat helpt hem zichzelf te kunnen zijn. Meer niet. Maar de hulpverlener is, dankzij de WMO (Wet Maatschappelijke Opvang), verplicht de idioot alle hulp te bieden die verder nodig wordt geacht. De idioot moet dat wel aannemen want anders is hij zijn dakloze-uitkering kwijt en de kans op een woninkje voor hemzelf kan-ie wel schudden. De idioot wil een eigen leven, maar zijn leven past niet zomaar tussen die van “de andere mensen”. De idioot loopt daarom vaak genoeg weg bij de hulpverlening en dat draait steevast op alweer een dwangopname uit.
Het is een netelige kwestie. Geef je de idioot net zoveel vrijheid als iedere andere burger, dan loopt hij wel risico's. Het zou echter een erg dure zaak worden als elke idioot net zoveel persoonlijke bescherming kreeg als politici die bedreigd worden. Maar die worden dus wel tegen krankzinnigen beschermd. De idoot moet zelf maar uitzoeken hoe hij het, ook voor hem, krankzinnige leven tegemoet treedt. Gaat dat mis, dan maar weer gedwongen het gekkenhuis in.
Zeker, als je het hem vraagt weet-ie wel wat voor plaats hij in dat leven wil. Die plaats lijkt er echter niet in onze samenleving te zijn. Een enkel keertje gaat dat wel goed. De idioot die hier in de buurt op een kamertje woont, krijgt van de bakker elke dag een broodje en een kop koffie, de buurman houdt een oogje in het zeil en toen hij laatst zijn straatkrantje stond te verkopen knoopte iemand een gesprek met hem aan. Hij had wat last van een haartje in zijn oog en vroeg of zijn gesprekspartner dat wilde weghalen. Alsof dat vanzelf sprak deed die voorbijganger dat ook. Een verzorgingsritueeltje dat eigenlijk van alle dag zou moeten zijn.
Maar meestal leeft de idioot in angst. Hij is bang voor wat de mensen van hem denken, bang voor wat mensen van hem willen, bang om op straat te leven en bang om opgesloten te worden. Die angst is geen psychiatrische stoornis, maar een realiteit. Die realtiteit is niet te verhelpen met een pilletje of internettherapie.
Komt u de idoot toevallig tegen, geef hem dan eens dat bad van aandacht. Een praatje is genoeg.