Tag archieven: zijnsvraag

Dubbele ontkenning.

Leeg portretHiernaast had eigenlijk het portret moeten staan van een kersverse filosofe op het gebied van zijnsvraagstukken. Echter, omdat ik niet zeker weet of plaatsing van het bedoelde portret ook een weblogger in problemen kan brengen, al was het alleen maar door het betalen van de nodige royalty's, moet u het met een leeg portret doen. Ik waarschuw de scherpzinnige lezers! Met een leeg portret bedoel ik absloluut niet de kersverse filosofe.
Waar gaat het om? Wel, bij de presentatie van een filosofisch stuk dat over de verhouding identiteit – nationaliteit gaat, stelde zij dat
de nederlander niet bestaat. Een gewaagde uitspraak waar de honden natuurlijk weer geen brood van lusten.
Dat “niet bestaan”, het on-zijn, het persona non grata, het ik-denk-dus-ik-besta-niet, of u het ook wil noemen, werd door de filosofe fraai geïllustreerd met een paar voorbeelden. Niet bestaan is zowel de gordijnen open houden, zodat iedereen naar binnen kan kijken, als privacy errug belangrijk vinden. Het on-zijn is zowel samen emoties beleven als nuchterheid en beheersing. Het persona non grata is zowel een zuinig koekje bij de koffie als gastvrijheid en warmte. Waarmee deze filosofe de zijnsvraag een nieuwe dimensie geeft: we bestaan niet en daar zijn we erg dubbel in. Zij heeft de vraag 'wie ben ik', hiermee
maximaal beantwoord.
Want hoeveel meer kun je zijn door niet te zijn en tegelijkertijd zus en zo te zijn? Kunnen we eigenlijk wel 'niet zijn' en toch ons dubbel manifesteren?
Zeker wel. In mijn hoofd bent u wie ik denk dat u bent. U denkt dat u bent wie uzelf denkt dat u bent. Als dat wat anders is dan ik denk, is er een probleem. Mijn beeld correspondeert niet met uw beeld, waardoor u denkt dat ik denk dat u niet bestaat. Dat wordt nog eens bevestigd als u bekend maakt wie u denkt te zijn. Omdat dat niet klopt met wat ik denk, roep ik dan ook uit: Dat bestaat niet!
De eerder genoemde filosofe weet een briljante uitweg uit de identiteitscrisis die dan is ontstaan: U bent het allebei! U bent zowel wat uzelf denkt dat u bent èn u bent wat ik denk dat u bent. Zij pleit ervoor dat mensen inzien dat we die visie op het zijn met elkaar gemeenschappelijk hebben. Net zo goed als alle mensen dubbel gedrag gemeenschappelijk hebben.
Wat heeft dat voor gevolgen voor ons identiteitsbewustijn? De sleutel tot het antwoord op die vraag ligt in het zojuist gebruikte woord 'gemeenschappelijk'. Als mensen ontdekken dat de twee basisprincipes (A. we zijn niet wie de anderen denken dat we zijn en B. we zijn zowel ons eigen denkbeeld als dat van de anderen) voor elk individu geldig zijn, dan openbaart zich als vanzelf de gemeenschappelijkheid. We hoeven ons niet langer druk te maken of we anders zijn dan anderen. Dat zijn we inderdaad! En we hoeven ons ook geen zorgen meer te maken over waarom we zo hetzelfde zijn als anderen, want ook dat zijn wij zeker! Eigenlijk komt het er op neer dat we geen haar beter zijn dan wie dan ook.
Vergeef me mijn poging aan deze zienswijze iets toe te voegen. Niet uit arrogantie, nee, ik erken volledig mijn nederigheid ten opzichte van de hierboven aangehaalde filosofe (ik heb haar mogen aanhalen, ik heb haar mogen aanhalen, juichte heel zijn hart).
Mijn toevoeging: moge deze verlichte zienswijze op de persoonlijke identiteit verheven worden tot die op de nationale indentiteit. Hoe? Wel, nu we eenmaal de persoonlijke identiteit hebben vastgesteld, moet ook het land (de grond waarop wij leven) zichzelf dezelfde vragen stellen waar wij mensen zolang mee hebben geworsteld. Wij zijn die te boven gekomen, nu het land nog.