Tag archieven: Bijleveld

Energieneutrale brug open voor luxe jachten

Energieneutrale brug open voor luxe jachten De prima donna van het CDA, Ank Bijleveld, heeft de eerste Gouden Mier uitgereikt. Een overheidsprijs voor overheidsinitiatieven. Menig burger mag dan flink zaniken over de overheid, de kloof tussen die twee mag alsmaar groeien, maar mag er ook eens aandacht zijn voor wat wel goed gaat? Prachtig dus dat juist een brug de Gouden Mier krijgt.

De prijs wordt uitgeloofd aan projecten die een bijdrage leveren aan een slimmere, kleinere, en duurzamere rijksdienst. Duurzame bedrijfsvoering. Dat kan betekenen dat processen efficiënter verlopen of gebouwen energiezuinig zijn.
De jury- en publieksprijs gaat naar een infrastructureel kunstwerk. Zo noemt Rijkswaterstaat alle bruggen, tunnels, sluizen en verkeerscentrales. In dit geval gaat het om de Ramspolbrug in Flevoland.

De brug is energieneutraal. In
het promotiemateriaal lezen we: “Voor deze brug is een energieneutraal ontwerp gemaakt: de hoeveelheid opgewekte energie is gelijk aan het verbruik. De brug wordt 90% zuiniger dan een traditionele brug en alle benodigde energie wordt opgewekt met zonnecellen. Teveel aan energie wordt teruggeleverd aan het net”.

Kijk, da’s mooi. Het zou leuk zijn als alle andere kunstwerken groot en klein, zo energieneutraal worden. Het koffiezetapparaat dat zijn eigen energie levert, liften die op eigen kracht open neer gaan, auto’s die alleen hun eigen accu nodig hebben, kopieermachines die na het eerste gebruik hun eigen energie kopiëren.

In
haar toespraak bij de prijsuitreiking memoreerde Bijleveld het juryrapport, waarin ook de samenwerking met het bedrijfsleven werd geroemd. Dat zetten we even op een rijtje.Op 10 maart lezen we in De Stentor dat het bedrijfsleven niet zo blij is met de nieuwe brug. Het beweegbare deel van de brug is op zo’n plek gepland, dat grotere vaartuigen te weinig manoeuvreerruimte hebben.
Grotere vaartuigen? Containerschepen? Reuze-aken? Nee, de lokale jachtenbouwers klagen dat hun plezierbootjes van soms wel 120 meter lang, er slecht door kunnen. CDA-kamerleden gaan om opheldering vragen bij minister Eurlings.

Die heeft op 23 maart
zijn antwoord klaar. Hij wil meedenken over een oplossing, maar zal er niet aan meebetalen. En hij zal zeker geen nieuwe procedures starten.
Maar dan komt de minister op 25 mei plotseling
wel over de brug! De aanpassingen, die 1 miljoen euro gaan kosten, worden door het rijk en de regio betaald. Gelukkig is dat bedrijfsleven zo blij met het kadootje van Eurlings dat ze bereid is mee te betalen aan de aanpassingen. Hoeveel is echter nog onduidelijk.

Mooie samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven. Voor een paar luxe jachten gaat een infrastructureel kunstwerk open.
“De brug wordt 90% zuiniger dan een traditionele brug en alle benodigde energie wordt opgewekt met zonnecellen. Teveel aan energie wordt teruggeleverd aan het net”, stond er in de informatie. Een leuke deal zou kunnen zijn dat het bedrijfsleven dan 90% van die 1 miljoen euro betaalt. Dan hoeft Eurlings nog maar 100 duizend euro bij te lappen. Tenslotte krijgt het bedrijfsleven er indirect ook teveel geproduceerde energie voor terug.

Digid miskleun

Digid miskleun Het begon met een haast ongeloofwaardig artikeltje in de Metro, het eindigde met sussende woorden van staatssecretaris Bijleveld: met de Digid kon de verkeerde persoon de gegevens van een ander lichten.

Het artikeltje in de Metro was om een paar redenen ongeloofwaardig. Het verhaal was dat iemand per ongeluk in de gegevens terecht kwam van iemand met dezelfde achternaam. Dat moet dan ook met dezelfde voornaam of voorletters zijn geweest, ander is het al onmogelijk.
Dan moet ook het wachtwoord hetzelfde zijn geweest en het bizarre was, dat de inlogger juist zijn wachtwoord vergeten was. Door gewoon wat te proberen zat hij plotseling op de verkeerde webpagina.

In
de Metro zegt een woordvoerder van Binnenlandse Zaken dat toeval bestaat, maar dat zoiets nog nooit is voorgekomen. Dat zou Bijleveld later op de dag nader toelichten, maar daar kom ik zo nog op.
Eerst nog een andere ongeloofwaardigheid in het Metro-verhaaltje. De man die per toeval in een ander haar gegevens terecht kwam, zag dat een aangifte die hij een jaar eerder had gedaan ook in de gegevens van die mevrouw stonden. Had het toeval toen ook toegeslagen?

Een tankhouder in Castricum, die in het kader van zijn beroepsuitoefening een aangifte doet van illegaal tanken, komt door louter wat codes te proberen in de gegevens van een mevrouw, elders in het land. Je houdt het niet voor mogelijk.
Tsja, zegt die mevrouw, ik had ook geen uniek wachtwoord. Met andere woorden: die mevrouw heeft ooit een wachtwoord bedacht, dat makkelijk en per toeval door een ander kan worden ingetikt. Eén van de slordigheden waar internetgebruikers vaker voor worden gewaarschuwd.
Het betekent ook dat die tankhouder een jaar eerder hetzelfde, veel te makkelijke wachtwoord gebruikte.

Het berichtje werd opgepikt door een Kamerlid. Zoals gebruikelijk controleren Kamerleden de democratie door de krant te lezen. Een SP-kamerlid wilde in het wekelijkse vragenuurtje van staatssecretaris Bijleveld weten, hoe dat toch allemaal mogelijk was.
Ik dacht nog dat Bijleveld duidelijk ging maken dat het Metro-verhaal een verzinsel was, een canard, of een fantasietje van een publiciteitsbeluste tankhouder.

En
dan lezen we dat het wel zes keer per jaar voorkomt!
Dat het in dit geval kon gebeuren, is volgens Bijleveld de schuld van de naïeve mevrouw. Verder laat ze heel alert een bericht op de overheidssite plaatsen, waarin wordt uitgelegd dat gebruikers een ‘
sterk wachtwoord’ moeten gebruiken.
Bijleveld legt tevens uit dat
het dichttimmeren van overheidssites tegen dit soort ongelukjes een kwestie van afweging is tussen gebruiksvriendelijkheid en veiligheid.

Nu is het al gek dat bij het gebruik van de Digid niet om meer verplichte gegevens wordt gevraagd, voor je in kan loggen. Je geboortedatum, je adres, je geslacht, om maar eens wat te noemen. Want dat er meer mensen met dezelfde naam rondlopen is ook bekend. Zo uniek zijn familienamen en zeker voornamen nu ook weer niet.
Nog vreemder is dat bij het de Digid juist je eigen naam moet worden gebruikt. Op andere sites, bijvoorbeeld bij banken, gebruik je je e-mail adres of een zelf te bedenken username. De overheid moet deze techniek maar rap toepassen bij het gebruik van de Digid.

Want het is ondoenlijk dat we allemaal onze naam bij de burgerlijke stand gaan veranderen in een wat uniekere versie, omdat de overheid onze digitale veiligheid niet kan garanderen.
Naamsverandering kost bijna 500 euro, maar je zou het er bijna voor over hebben omdat steeds meer overheidsdiensten op digitaal gaan en door bezuinigingen er straks amper meer een gewoon loket open is. Misschien moet ik er toch eens over nadenken de naam Peter te veranderen in P.J. Cokema. Daar zijn er niet zoveel van.

Dan moet je die nieuwe naam wel weer onthouden. En zoals eerder op dit weblog betoogd: dat leidt alleen maar tot het mahsro-effect.
Mahsro staat voor mijn arme harde schijf raakt overbelast. Een verschijnsel dat op de oude versie van dit blog
werd geïntroduceerd en in het huidige weblog al eens in verband met de Digid werd gebracht en met de beperking van ons geheugen.
Mahsro is de term die
wereldberoemd is gemaakt door een Belgische journalist.

Maar zover hoeft het niet te komen. Zoals hierboven al gezegd: met een paar simpele aanpassingen kan misbruik van de Digid worden voorkomen.

'Lessons learned' gaat het helemaal worden

Lessons learned gaat het helemaal worden “De commissie Davids heeft gelijk met de kritiek, maar het valt me niet zwaar hem gelijk te geven. Zijn rapport helpt ons. Dank daarvoor”.

Had de premier dat nou maar gezegd, dan hadden we onze tijd niet aan het Kamerdebat verprutst.
Nu viel, na heel wat moeite, eindelijk de term ‘lessons learned’. En het moet gezegd, het kabinet leert ineens akelig snel.

Vandaag overhandigde de
Nationale Ombudsman zijn rapport over de telefonische relatie tussen burger en overheid, aan staatssecretaris Bijleveld. En wat zei ze daarbij? “De ombudsman heeft gelijk met zijn kritiek, maar het valt me niet zwaar hem gelijk te geven, want we werken er al hard aan. Zijn rapport helpt ons. Dank daarvoor”.

Kijk, zo kan het ook. De staatssecretaris heeft een stuk makkelijker praten dan Balkenende, want ze kan terecht wijzen op reeds ingezette verbeteringen. En ze sluit, heel slim, aan bij kritische noten van de Ombudsman: “Als de ombudsman landelijk servicenormen wil heeft hij gelijk. Burgers moeten weten waar ze aan toe zijn. Dat past ook binnen mijn opzet van de Burger Service Code”.
Ik denk niet dat er nu ook maar één Kamerlid hierin aanleiding ziet de staatssecretaris in een spoeddebatje aan een kruisverhoor te onderwerpen.

Balkenende beloofde gisteravond bij het komende debat over het rapport Davids ook met de “lessons learned” te komen.
Krijgt-ie dat ook voor elkaar? Met de Ombudsman heeft hij herhaaldelijk overhoop gelegen. Ook zijn secondant Bos, medeplichtig aan de wanvertoning van de laatste dagen, kan er wat van.
Staatsecretaris Bijleveld gaf vandaag de heren een fraai voorbeeld van “lessons learned”-strategie, toe te passen bij de volgende keer dat de Ombudsman kritiek levert.

Het moet natuurlijk niet een pr-gimmmick worden, maar een duurzame strategie. Dat kan alleen als van lessen ook daadwerkelijk wordt geleerd en we het in het overheidsbeleid bewijsbaar terugvinden.
En jawel hoor. De eerste verbetering om de telefonische kloof tussen burger en overheid te dichten, is nog vandaag gelanceerd. Burgers krijgen de gelegenheid JP aan het lijntje te houden, waarmee de rollen ook eens omgekeerd kunnen worden.
Met de hotline “De Premier Aan de Lijn”, kun je bellen met JP.

Meteen uitgeprobeerd natuurlijk. Nummer gedraaid en krijg je toch nog eerst een bandje te horen: “Wilt u de premier iets vragen, toets een 1, wilt u hem iets zeggen, toets een 2”.
Nou, ik wil hem wel wat zeggen. “Wilt u hem complimenteren? Toets een1, wilt u hem feedback geven? Toets een 2. Wilt u hem uitschelden? Toets een 3”.

Krijgen we nou? Schelden mag ook? Bam, een hengst op de 3. “De lijn is overbelast, probeert u het later nog eens. De verbinding wordt verbroken”.
Na 12 pogingen steeds dat riedeltje te horen, toch maar een andere optie geprobeerd. De 1 ingetoetst. Een compliment kan ik wel uit mijn duim zuigen.

“Wilt u hem feliciteren met zijn laatste openbare optreden? Toets een 1. Wilt u hem complimenteren met zijn onberispelijke uiterlijk? Toets een 2. Wilt u hem loven voor zijn prestaties van de laatste zeven jaar? Toets een 3”.
Ach, waarom ook niet. Ik toets een 3. “Voor hulde, kies een 1. Voor ga zo door, kies een 2. Voor dank lieve vader des vaderlands, kies een 3. Nadat u uw keuze heeft gemaakt, wordt de verbinding verbroken. Dank u voor de complimenten”.

Onverbeterlijk krijg ik nu een onweerstaanbare drang de premier wat te vragen. De allereerste optie getoetst. “Alle antwoorden van de premier zijn via internet te vinden in de Kamerstukken. Ga naar
Parlando en maak uw keuze. Een prettige dag verder”.
Ik heb een leerzaam dagje gehad.

Burgers nemen het roer over

Burgers nemen het roer over Quote van de week: “Als we goed opletten kunnen we zien dat om ons heen de overheid fundamenteel van karakter verandert”.
(Staatssecretaris Bijleveld op het festival ‘In actie met de burgers’).

Symboliek is het kabinet niet vreemd. Waar kun je beter praten over burgerparticipatie dan in Burgers’ Zoo? Ofwel: laat je het aan de burgers over dan wordt het een beestenboel.
Dat is niet de bedoeling. Staatssecretaris Bijleveld complimenteerde gemeenten en burgers met de vorderingen op het gebied van burgerparticipatie. Meedenkende, initiatiefrijke burgers moeten meer ruimte krijgen. Ongeïnteresseerde, luie burgers moeten gestimuleerd worden actief te worden in het lokale beleid.

Wat bedoelt Bijleveld met die fundamentele verandering van de overheid? “De overheid verandert van bestuursmonopolist in dienstverlener, motivator en facilitator” en “een andere trend die hierbij een rol speelt is dat we in het algemeen steeds meer beslissingen overlaten aan degenen die het onderwerp zijn van de beslissing”. De burgers mogen het bedenken en doen. Van burgerparticipatie tot zelfbestuur?

Het lijkt er serieus van te komen. In
haar toespraak tot de festivalgangers herinnerde ze aan het verdrag dat 47 Europese landen vorige maand ondertekenden. Daarin is afgesproken dat “het recht om deel te nemen aan het openbaar bestuur en het recht op informatie van de lokale overheden” een wettelijk voorgeschreven burgerrecht dient te worden.

Aan burgerzelfbestuur zijn we echter nog lang niet toe. Eerst maar eens leren participeren. Zowel de lokale overheden als de burgers moeten nog wat worden opgevoed in burgerparticipatie. Het ministerie van Binnenlandse Zaken gaat samen met de VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten) het programma “In Actie Met Burgers” een sterke impuls geven. Dat gaan “buitengewoon boeiende tijden” worden, beloofde de staatssecretaris.

Tot nu toe is er hier en daar wat geëxperimenteerd (zie de website
Actieprogramma Lokaal Bestuur).
Een van de speerpunten is het burgerinitiatief. Dat staat in een aantal gemeenten in de steigers. Positief is dat de voorwaarden tot het indienen van een burgerinitiatief stukken laagdrempeliger zijn dan bij een landelijk initiatief het geval is. In de gemeente Delft kan zelfs een kind van zes een initiatief bedenken. Indienen van het voorstel dient dan wel door burgers van 12 jaar en ouder ondersteund te worden.
In Zoetermeer kan een initiatiefnemer een website ter beschikking krijgen, waar het plan uitgewerkt en gepresenteerd kan worden. Compleet met discussiepagina.

De ervaringen met het burgerinitiatief vallen echter tegen. De website vermeldt slechts 10 initiatieven in de zes genoemde gemeenten. Van skatevoorzieningen tot de aanpak van een verloederend bedrijfspand. Opvallend is dat kinderen en jongeren wel wat in het burgerinitiatief zien en dat in kleinere gemeenten de burgers enthousiaster bezig zijn dan in de grotere.

Maar goed, alle begin is moeilijk. Misschien denkt de burger wel: moeten wij soms het werk overnemen dat de overheid gaat wegbezuinigen? Het kabinet heeft immers de afslanking van de ambtenarij en de
inkrimping van gemeentelijke besturen op de agenda staan?
Nou, dat is een goede reden alvast maar te wennen aan burgerparticipatie. Iemand moet tenslotte het werk doen. Dan kun je er maar beter ook zelf over beslissen.

Ik denk niet dat de overheid volledig burgerzelfbestuur als het ultieme doel van de burgerparticipatie programma’s ziet. In de huidige experimenten ligt de uiteindelijke beslissingsbevoegdheid bij de gemeenteraad en B&W. Een burgerinitiatief kan dus ook worden afgewezen, zoals in Eibergen gebeurde toen er om een lage snelheidszone werd gevraagd. De skatebaan kwam er wel.

Maar als Bijleveld voortvarend te werk gaat met het Actieprogramma Lokaal bestuur, krijgen de burgers misschien meer de smaak te pakken. Zeker als ook het burgerbudgetrecht wordt uitgebreid. Tot nu toe een recht waar je bij veel gemeenten nog erg goed naar moet zoeken en beperkt is tot meer buurt- of wijkgebonden voorzieningen als speeltuinen of buurthuizen.
Als burgers over veel meer zaken, met voldoende geld op zak, het voor het zeggen krijgen, kan het kabinet het lokaal bestuur wel afslanken tot er alleen burgerzelfbestuur overblijft.

Overheid werk irritaties weg.

Overheid werk irritaties weg

Bijleveld roept organisaties op professionals vertrouwen te geven. Daardoor hoeven professionals zich minder te verantwoorden en hebben zij dus minder administratieve lasten“.
Quote uit persbericht ministerie Binnenlandse Zaken).

Menig burger mag dan irritaties hebben over zijn overheid, binnen de diverse overheden heerst ook de nodige onvrede. Ambtenaren zijn net burgers, moet je maar denken.
Ze zijn wel wat loyaler aan hun werkgever. Waar burgers maar liefst
10 top-irritaties blijken te hebben, heeft staatssecretaris Bijleveld bij de ambtenaren er slechts vijf geconstateerd.

Ze bracht vandaag een werkbezoek aan de Intergemeentelijke Sociale Dienst Aa en Hunze, Assen en Tynaarlo. Aldaar kondigde zij aan de belangrijkste knelpunten weg te zullen werken, die professionals in de sociale zekerheid belemmeren hun eigenlijke werk goed te doen.
Ook de ambtenaren blijken de formulieren en het taalgebruik soms onbegrijpelijk te vinden. De automatiseringssystemen vinden ze niet gebruiksvriendelijk en er zijn te veel momenten waarop ze met beleidswijzigingen bezig moeten zijn.

De administratieve werkdruk is groot, vinden dus ook de ambtenaren. Die druk kan worden verlicht, zo stelt de staatssecretaris, als de ambtenaren zich minder hoeven te verantwoorden. Dat zal als muziek in de oren klinken van alle werknemers.
Je mag er vanuit gaan dat als je een of ander vak uitoefent, je ook verstand van de bijbehorende materie hebt. Is gewoon je werk doen dan voldoende? Of is het nodig dat je je werkzaamheden rapporteert, zodat je werkgever kan nagaan of je het allemaal wel goed doet?

De werkgever mag best meer vertrouwen hebben. Die heeft immers het personeel aangenomen en geoordeeld dat het geschikt genoeg is voor de vacatures die beschikbaar waren. Nu zijn er beroepen waar een foutje van een werknemers onmiddellijk aan het licht komt. Een operator in een chemische fabriek, die even zit te dutten ziet zijn metertjes niet in het rood gaan en heel de omgeving kan meegenieten van een prachtige ontploffing.

Er zijn echter veel beroepen waar het werk wat abstracter lijkt. Bijvoorbeeld de uitvoering van regels. Als die regels complex zijn of niet glashelder, onstaat er ruimte voor interpretatie. Dan mag je hopen dat de werknemer zo objectief mogelijk blijft. Maar er is natuurlijk een risico dat persoonlijke normen de interpretatie kleuren. Zoals ik hierboven al stelde: ambtenaren zijn net burgers.
Met als gevolg dat toepassing van regels kunnen verschillen van gemeente tot gemeente, van loket tot loket. Dat vraagt om verantwoording. Mocht er een klacht komen, dan moet het proces van besluitvorming te controleren zijn. Oefent de chef van de ambtenaar die controle niet uit, dan doet de
Nationale Ombudsman het wel.

Zullen er minder fouten worden gemaakt, als er minder verantwoord moet worden? Worden de doelstellingen en de kwaliteit wel gehaald als de managers er niet zo bovenop zitten met hun controle?
Misschien gaat het goed, als je de werknemers meer laat samenwerken. In
het Volkskrant-artikel “Van maakbaarheid naar haalbaarheid”, verwijst de auteur naar organisatiepsycholoog Peter Robertson. Die stelt dat “managers minder controle moeten uitoefenen. Mensen hun werkzaamheden doorgaans zelf uitstekend organiseren, mits het bedrijf of de organisatie de doelen helder en consistent aangeeft en bewaakt“.

De auteur geeft een praktijkvoorbeeld, toegepast bij de Rabobank: “Medewerkers van de bank worden via intranet uitgenodigd met elkaar in alle openheid bepaalde cases te bespreken. Moet mevrouw A in die-en-die omstandigheid een hypotheek krijgen? Handel je een bepaald conflict met een klant het beste zus of zo af?” De bank heeft er alle vertrouwen in dat de werknemers zo samen de ethiek van de bank invulling geven.

Gezamenlijk overleg, samenwerking in de plaats van verantwoording? Wordt de werkdruk dan minder? Of je nou de gegeven tijd invult met het een of met het ander, die druk blijft. Hooguit wordt het werk beter gedaan en zijn er minder situaties waar de klant of de burger reden tot klagen heeft.

Eigen vermogen gemeenten – Epiloog

Eigen vermogen gemeenten - Epiloog

Normaal gesproken zou, in deze tijd van het jaar, het nieuws vol staan van vallende blaadjes op het spoor. Veroorzaakt vierkante wielen en iedereen is ongerust dat gansch het raderwerk stil komt te staan door een jaarlijks terugkerend natuurverschijnsel.

Nu banken vallen en zelfs lokale overheden blaadjes verliezen, hoor je over het spooronderhoud weinig meer.
Omdat ook dit weblog aardig wat aandacht heeft besteed aan lokale overheden die wellicht het spoor bijster zijn, meen ik dat u recht heeft op een laatste update.

Het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft de huidige stand van zaken gepresenteerd aan de 2e Kamer. Staatssecretaris Bijleveld deelde mee dat het allemaal wel meeviel. Ze telde 1 gemeenten en 1 provincie minder dan in dit artikel stond vermeld en kwam 11,6 miljoen lager uit aan kwetsbare spaargelden. Mijn overzicht, die in dit artikel was verwerkt, is nu aangevuld met het Bijleveld-lijstje (zie deze excelsheet).

De ramp is te overzien, aldus de staatssecretaris. Tja, dat krijg je, als je 1 provincie weglaat, die zelf meedeelde 5 miljoen in gevaar te zien.

Is de meevaller soms aan de herfst te danken?
Zou er in een roerige herfst door storm en wateroverlast een ramp op grote schaal hebben plaatsgevonden, dan kan het enige dagen tot zelfs weken duren voor een volledig overzicht van slachtoffers en schade kan worden opgemaakt. Hoe goed we ook alles rapporteren en bijhouden, het zal iedereen duidelijk zijn dat in de chaos rond een ramp, een week te weinig is voor alles is geteld.

Zou Binnenlandse Zaken daarom de opaven van alle 443 gemeenten, 12 provincies en 27 waterschappen nog niet compleet hebben?
Ik wil de “ramp” moet groter maken dan-ie is, liever niet, maar het lijkt een beetje vreemd dat zo weinig lokale overheden geavontureerd hebben op IJslandse, Amerikaanse en Duitse banken.
Maar goed in de regio midden en zuid was het wel herfstvakantie. Het kan dus goed zijn dat de verantwoordelijke financiële ambtenaren en wethouders onbereikbaar waren, omdat ze met hun gezin even weg waren. In dat geval heeft de herfst ook hier een goede voortgang geblokkeerd.

Er waren wel degelijk veel meer gemeenten actief met hun spaargelden. In het nieuws van de afgelopen week vonden een aantal gemeenten het noodzakelijk persberichten uit te sturen om te melden hoe ze net op tijd hun geld weer hadden terug gehaald. Als alles zo meevalt, had BZK daar ook wel een lijstje van kunnen maken. Enerzijds om de omvang van avontuurlijk eigen vermogen volledig te krijgen, anderzijds om te laten zien welke ambtenaren en wethouders net op tijd hun verstand terug gevonden hadden.

Dat slechts bijna 4 procent van de lokale overheden zich gek heeft laten maken door ongelooflijke renteprecentages, lijkt mij onwaarschijnlijk. Mocht dat wel waar blijken te zijn, dan kunnen we trots zijn op die roemruchte hollandse nuchterheid?