Tag archieven: winst

Bijzondere bijstand omlaag

Bijzondere bijstand omlaag De vertrekpremies, u weet wel, de bijzondere bijstand die topbestuurders meekrijgen, zijn bij de helft van alle bedrijven omlaag gegaan. Toch zijn er nog genoeg die uitermate royaal met gouden handdrukken waren, zo meldt De Volkskrant. In 2008 is er nog 50 miljoen euro aan vertrekpremies uitbetaald.

Het inperken van riante vertrekpremies houdt in dat de helft van de onderzochte bedrijven niet meer dan een jaarsalaris meegeeft en de andere helft grote moeite heeft zich aan de code Tabaksblat te houden en meer dan één jaarsalaris meegeeft.
Die Tabaksblat-code is blijkbaar niet dwingend genoeg. Valt er een wettelijke regeling te bedenken, die toch nog royaal genoeg is? Hier een poging.

Laten we er vanuit gaan dat al die toplieden hard nodig zijn voor een welvarende economie, waar we allemaal dus van meeprofiteren. Dan zou het redelijk zijn om het BNP (bruto nationaal produkt) als uitgangspunt te nemen voor de bepaling van beloningen. In dit geval de ontslagpremie.
Het totaal aan uitkeringen in het kader van de sociale voorzieningen (werkeloosheidsuitkeringen, bijstandsuitkeringen en AOW) bedraagt nu ongeveer 0,7 procent van het BNP (gebaseerd op CBS-cijfers
BNP 2007 en cijfers jaargemiddelde uitkeringen 2008).
Stel dat je die 0,7 procentnorm relateert aan de winst die een bedrijf haalt en dat dan uitkeert als vertrekpremie?

Daarvoor nemen we de roemruchtste gouden handdruk van 2008 er bij.
Jan Peter Schmittmann ging bij ABN Amro weg met ruim 8 miljoen euro vertrekpremie. Ruim 3x zijn laatste jaarsalaris, maar met goedkeuring van de rechter, dus niet gezeurd.
Nu had die bank eind 2008 nog een verlies van 159 miljoen euro, dus een vertrekpremie zat er eigenlijk helemaal niet in. In het eerste kwartaal van dit jaar boekte ABN Amro echter een winst van 87 miljoen euro. Zou meneer Schmittmann 0,7 procent van de winst als premie krijgen, dan was hij met bijna 60.000 euro vetrokken. Nog altijd goed voor bijna 5000 euro per maand. Nu is heeft hij dus ruim 660 duizend euro per maand meegekregen.

Zou meneer Schmittmann naar het UWV-loket verwezen zijn, dan had het er een stuk slechter voor hem uitgezien, omdat de WW-regeling uitgaat van een wettelijk maximum dagloon van 183 euro. De eerste 2 maanden werkloosheid krijgt men daar 75 procent van, de resterende maanden 70 procent.
In dat geval had Schmittmann het met zo'n duizend euro minder per maand moeten doen, dan bij de hierboven voorgestelde 0,7-procent regeling.

Het kan beroerder uitpakken voor vertrekkende bestuurders. Bij bouwbedrijf Heijmans was de winst een schamele 2 miljoen. Volgens de 0,7-norm zou er dan een maandbedrag van iets meer dan 1100 euro zijn uitgekeerd (bijna 4000 euro lager dan bij ABN Amro), in plaats van de 162 duizend euro p/m waarmee de twee vertokken bestuurders naar huis zijn gekeerd.

Nu heeft de bouw behoorlijk last van de crisis, dus zou je er nog een andere norm op kunnen loslaten. De totale steun, concreet en in de vorm van garanties, die de overheid aan de financiële sector verleent, bedraagt bijna 39 procent van het BNP. De vertrekpremie wordt een stuk groter, maar dan nog geven de bedrijven minder weg, dan nu het geval is geweest. Even de euro's op een rij (de winsten, de nu uitgekeerde vertrekpremies en de premies bij genoemde nieuwe normen) :

Bedrijf
ABN
Heijmans

Winst
8.700.000
2.000.000

Uitgekeerd
8.200.000
1.950.000

39%
3.393.000
780.000

0,7%
60.900
14.000

Iemand er nog tegen de bedrijven een handje te helpen met het naleven van de Tabaksblat-code, door het wettelijk vastleggen van vertrekpremies?

Fusie met bijsmaakje

Vlaflip

De vlaflip is volgens mij de succesvolste fusie aller tijden. Aan alle andere fusies zit een wrang bijsmaakje. Vandaag, toch al niet de populairste werkdag, worden weer heel wat mensen geconfronteerd met dat zure recept.

In Andijk en Alblasserwaard worden informatieve avonden gehouden waar de fusie tussen gemeentes aan de orde komt. Het is nu al bekend dat de samenvoeging van het ambtenarenbestand van de gemeenten Graafstroom, Nieuw-Lekkerland en Liesveld zeker 3 miljoen euro gaat kosten.

In Brabant nemen de leden van vier lokale Rabobanken een besluit over de fusie. De Rabobank gaat door heel het land lokale banken fuseren. Deze exercitie gaat zo'n 3000 banen kosten.

En in een aantal plaatsen werd het Univee verzameld om te horen dat er ruim 1000 banen geschrapt worden bij de fusie van vier verzekeringsbedrijven. Een fusie die nodig is om in 4 jaar tijd de winst te vervijfvoudigen. Nu bedraagt die winst 51 miljoen euro. Dat moet omhoog naar 250 miljoen.

In de zorg zijn fusies al enige tijd een beeldbepalende trend. Hoewel het niet te gek moet worden. De Tweede Kamer heeft minister Vogelaar gevraagd een megafusie te stoppen van twee grote zorgorganisaties en een woningcorporatie.
Wordt daarmee de trend gevolgd die in de
telecomsector en de reclamebusiness gaande is? Daar zie je juist een flinke daling van fusies en overnames.

Het rendement van fusies is trouwens helemaal niet zo groot. Slechts 30 procent van de fusies leidt tot een hogere winst. Het leidt wel tot hogere prijzen voor de consument. En of alle mensen die hun baan bij een fusie kwijtraakten, allemaal weer ander werk hebben gevonden, daar lees of hoor je weinig over. Dat zal wel meevallen, want de werkloosheid is op dit moment erg laag en overal is een schreeuwend tekort aan personeel.

Een ander onderzoek wees uit dat slechts 1 op de 10 fusies slagen. Bovendien blijkt bij fusies ook veel geld verloren te gaan. Tussen 1995 en 2000 blijken europese bedrijven ruim 5000 miljard dollar te hebben verkwist aan fusies.

De zorgsector doet het niet beter. Ook daar draaien de meeste fusies uit op tegenvallende resultaten of soms zelfs complete mislukkingen.

Reden voor sommige deskundigen om “de politiek” op te roepen meer controle uit te oefenen. In Nederland hebben we daar de NMa voor. De Nederlandse Mededingingsautorteit. Die moet er vooral voor waken dat er niet zulke grote fusies zijn, dat organisaties een monopoliepositie op de markt krijgen. Dat zou ten nadele zijn van de consument. Niet alleen wordt dan de keuzevrijheid beperkt, ook kunnen de prijzen stijgen door gebrek aan concurrentie.

Wat was het succes van die weinige fusies die wel zijn geslaagd? Een grotere omzetgroei. Verder nog iets? Nee. Het enige motief is met kostenbesparing (nog) meer rendement te halen.

Het wordt tijd de fusiedrang aan banden te leggen. Je kunt niet altijd maar van alles bij elkaar flikkeren. In de keuken leidt dat tot produkten waar kraak noch smaak aan zit. Op “de markt” leidt het niet alleen tot herhaalde arbeidsonrust, maar ook tot onnodig verlies.

Ondernemingen die wel winst halen, maar niet zo hard groeien hoeven niet op zoek naar fusies te gaan. De boel draait goed dus waarom het risico op een eventuele mislukking nemen? Meer groei moet niet langer het zaligmakend motto zijn.

Ondernemingen die slecht draaien, met echt verlies, kun je beter sluiten. Als er geen vraag meer is naar het produkt, moet het over en uit zijn. Alleen als er sprake is van wanbeleid, moet er worden ingegrepen. De boosdoeners de laan uit sturen en een frisse doorstart mogelijk maken.
En laten we eerlijk zijn: voor een vlaflip hoef je geen complete zuivelfabrieken te fuseren. De lekkerste vlaflip maak je nog altijd zelf. De smaak bepalen wij zelf wel.