Categoriearchief: Donkey Shocking Award

Lusten en lasten.

Adam en Eva

Het heeft even geduurd maar de 7e genomineerde voor de Donkey Shocking Award is bekend: Ronald Plasterk. De minister van emancipatie wil de gevolgen recht zetten van 28 eeuwen griekse beschaving, 28 eeuwen romeinse cultuur, 40 eeuwen jodendom, 21 eeuwen christendom, 14 eeuwen islamisme en zo'n 4 eeuwen commercie (de cultuur van de mammon).

Hij beseft ook wel dat je zoveel culturele verworvenheden niet kan corrigeren met keiharde wetten die de samenleving in het gareel geselen. Dus kondigt hij waarschuwende voorlichting en vrijblijvende gedragscodes af. Dat is de manier om iedereen tussen de oren te prenten dat de vrouw geen lustobject is.


Ach, die arme man. Had-ie dat nou maar niet gedaan, want ineens springen alle lullen in het gelid en staan stijf van kritiek. Plasterk zou door het eten van Balkenende's wormen en aarde in een delirium zijn geraakt, hij zou door Rouvoet zijn bekeerd, hij zou zich door Beperkt Houdbare media hebben laten misleiden en bovenal: hij zou ons de vrije wil en keuzes willen ontnemen.
Tja, dat zijn zo de lusten en de lasten van een minister: je wil samenleving maakbaar maken, maar dan krijg je wel te maken met de hormonale huishouding van de gemeenschap.


Grofweg baseren de criticasters zich op drie argumenten: Plasterk's voorstel ademt de bedompte lucht van de christelijke mores van zijn coalitiegenoten, het voorstel gaat voorbij aan de natuurlijke, biologische processen tusen mannen en vrouwen en onze westerse, vrije samenleving weet allang dat “de vrouw” geen lustobject is, dus waar heeft die man het over?


Die christelijke mores moet je inderdaad mee oppassen. Al heeft Paulus in de bijbel nog zo uitgelegd dat niemand ondergeschikt is aan een ander, tot op vandaag de dag zijn er christenen die dat aan hun laars lappen met alle nadelige gevolgen voor de positie van vrouwen. Natuurlijk wil een weldenkend mens niet terug naar duistere tijden waar vrouwen gereduceerd worden tot het vruchtvlees van de samenleving.

Die o, zo natuurlijke, biologische processen tussen mannen en vrouwen spelen wel degelijk een rol. Maar is dat een reden om daar geen vragen over te stellen?

Al eeuwen wordt er geprobeerd allerlei “natuurlijke” processen te beïnvloeden en naar onze kunstmatige handen te zetten. Dat levert niet altijd fraaie effecten op, maar ook zaken die onze zeer gewaardeerde individuele vrijheid bevorderen.

En het argument dat iedereen er van doordrongen is dat “de vrouw” geen lustobject is, gaat voorbij aan de werkelijkheid.


Natuurlijk moet iedereen de vrijheid hebben om zelf te beslissen of men zich laat besodemieteren door reclame van cosmetica-industrie. Men is vrij zelf te bepalen aan welk beeld men wil voldoen, al moet je daar tot kotsen aan toe bepaalde eetgewoontes voor op na houden. Net zo goed als het een onvervreemdbaar recht is van een individu de vrijheid te hebben zelf de schaar maar in de schaamlippen te zetten, in plaats van dat opgelegd te krijgen vanuit een bepaalde ideologie.


Dat religies en bepaalde normen en waarden een mens tot een stereotype reduceren is echt niet van deze tijd. Dat daar de criticasters tegen te hoop lopen is dus zeer prijzenswaardig, maar waaarom zouden er geen maatregelen genomen mogen worden tegen de religie van de mammon, van bepaalde culturele uitingen die nog steeds de stereotypen promoten?


Plasterk stelt maatregeltjes voor om daar eens over na te denken en de bewustwording over een bepaald verschijnsel te stimuleren. In de hoop dat keuzevrijheid dan ook echt een individuele, vrije keuze zal worden.

Hij bedoelt het dus goed. Maar hij vergeet rekening te houden met dat stukje menselijk tekort dat vooral gericht is op de eigen lusten, waarvan men de oorsprong zelf niet meer kent en die gemakshalve dan maar ontleent aan films en reclame. Op dat vlak willen we niet de lasten van staatsbemoeienis. Plasterk is bij deze dus ook genomineerd voor de Donkey Shocking Award.

Veilig spelen in de stad

GlijbaanKinderen die opgroeien in de stad hebben niet zo gek veel speelruimte. Gewoon voor je huisdeur op straat spelen is er vaak niet bij. Als je een beetje geluk hebt is er een speelplaats in de buurt en met wat minder geluk moet je op de schoolvakanties wachten tot er ergens een bouwspeelplaats of vakantiedorp wordt opgezet.

Ouders met genoeg inkomen verhuizen dan ook naar een meer kindvriendelijke lokatie, maar ook daar is het behelpen. Bij de realisatie van vinexdorpen worden eerst de huizen, dan de wegen, vervolgens wat groen met een hondenuitlaatplek en op de laatste plaats wat speelruimte voor kinderen aangelegd. In veel gevallen beperkt zich zo'n plek tot keurig aangelegde rubberen tegels met een design-wipkip en de luxere uitvoeringen kennen misschien nog een glijbaantje. De speelruimte voor kinderen als sluitpost van de planologische begrotingen.

Toch zijn er genoeg mensen die zich druk maken over leuk en veilig buiten spelen. Zo zijn er in Den Haag ouders die het meer dan zat zijn dat hun kinderen onder de hondenpoep thuiskomen als ze een kwartiertje buiten hebben gespeeld. Dus die richten een stichting op die zich beijvert voor een schone leefomgeving voor hun kroost.
En staatsecretaris
Bijleveld meende de gemeente waar ze burgemeester was, bij haar afscheid een pannakooi kado te moeten doen om kinderen een veilig voetbalplekje te geven. Die plek komt dan in haar eigen woonwijk waar vooral gezinnen wonen waarvan de kinderen al op hockey en tennis zitten. Sporten doen ze dus al en het tennispark ligt om de hoek.

Dan zijn er ook nog de architecten. Hoewel de buitenspeelruimte dus vaak het kind van de planologische rekening is, zijn er onder hen ook mensen die na willen denken over de ruimte voor het spelende kind. Daarbij gaan ze diep, want ze beperken zich niet tot de technische vormgeving van een speelplein of speeltoestel alleen.

Architektenburo Döll en kunsthistorica Liane Lefaivre borduren door op de ideeën van Aldo van Eyck, die in Amsterdam een netwerk van speelplaatsen mocht ontwerpen waarbij rekening wordt gehouden met de stedelijke planologie, de wensen van buurtbewoners en de leefwereld kinderen. Aldo van Eyck vond bijvoorbeeld dat de speeltoestellen zo neutraal mogelijk van vorm moesten zijn om de kinderfantasie alle ruimte te geven.

Architecte Marlies Rohmer vind dat de hut en de klimboom terug in de stad moeten. Geen keurige design speelplaatsen waar rust, reinheid en regelmaat is gegarandeerd, maar avontuurlijke plekken omdat kinderen volgens haar rommel, rotzooi en ravage willen.

De vraag is hoeveel ruimte kinderen de komende jaren zullen krijgen om geheel naar eigen inzicht buiten te spelen. De veiligheid van onze kinderen is zo'n belangrijk thema geworden dat er zelfs een ministerspost voor is opgericht. Volgens de normen en waarden die hier aan ten grondslag liggen is het helemaal nioet zo goed om kinderen maar wat aan te laten rommelen en rotzooien. De samenleving is al zo'n ravage. Dus komen er vooral veel beperkende regels en voorgekookte speelruimten.

Ik denk dat Marlies Rohmer's ideeën juist goed zijn om kinderen spelenderwijs te laten ontdekken hoe ze hun omgeving, hun wereld, naar hun speelse hand kunnen zetten. Creativiteit bevorder je niet met design-cleane speelplaatsen, maar eerder met een hoop zand en een paar losse takken en dan maar zien wat een kind ervan maakt. Rommelen en rotzooien, de mens doet haar geschiedenis lang niets anders. Daar komen net zoveel lelijke als mooie dingen uit voort.

De architecte bedoelt het goed, maar haar plannen zullen hoogstwaarschijnlijk sneuvelen op het menselijk tekort van ministers die menen dat strak gereglementeerde opvoeding de enige weg naar een veilige toekomst voor kinderen is en er dus speelplaatsen moeten komen die meer aan de waarden en normen van de minister voldoen dan aan de fantasieën van een kind.
Daarmee is Marlies Rohmer bij deze de volgende genomineerde voor de Donkey Shocking Award.

Jet Bussemaker genomineerd.

Staatssecretaris Bussemaker (Volksgezondheid) wordt de 6e genomineerde voor de Donkey Shocking Award.
Gisteren stuurde ze een kattebelletje van negen bladzijdes met plannen om de ouderenzorg een flinke impuls te geven. En het moet gezegd: het zijn negen pagina''s louter goede voornemens.
De 100 dagen die Bussemaker in gesprek is geweest met de zorgsector, heeft grote indruk bij haar achtergelaten. Ze trof zeer gemotiveerd personeel aan en zag tal van prima voorbeelden die aantoonden dat je het werk wel degelijk zo kan organiseren dat de zorg aansluit bij de wensen van de cliënten en recht doet aan de professionaliteit van de medewerkers. De problemen die er zijn worden vooral veroorzaakt door gebrek aan goede logistiek op de werkvloer. Om dat te verhelpen is het volgens Bussemaker nodig een omslag te maken “in het denken van de wereld van beleid naar de wereld van de cliënt”.

Minder aandacht voor de zakelijke benadering van procesbeheersing in de vorm van indicaties, protocollen en eindeloze verantwoordingsvragen en meer nadruk op de feitelijke invulling van de zorg (zie de bewuste brief aan de 2e Kamer – pdf-formaat).

De voorstellen van de staatssecretaris bevatten onder meer: Een grotere variatie van woonvormen aanbieden, zodat ouderen meer keuzevrijheid hebben. Meer kleinschaliger bouw en meer privacy door elke opudere een eigen slaapkamer te geven. Veiligheid vergroten, waarbij een oudere er verzekerd van is dat er voldoende eten en drinken wordt anngeboden, doorligwonden voorkomen worden en elke instelling een hitteplan kent. Van de hete zomers zullen de ouderen geen last meer hebben. De relatie tussen de ouderen en het personeel wordt hersteld. Het moeten niet de managers zijn die bepalen welke zorg iemand krijgt. De cliënt en de professional op de werkvloer bepalen samen welke zorg nodig is. Zorginstellingen die dit allemaal goed weten aan te pakken moeten bonussen krijgen. En om het allemaal mogelijk te maken moeten er meer handen aan de bedden komen dus komen er zo''n 6000 banen erbij en dat zijn dan wel goed opgeleide kwaliteitsmedewerkers.

Nou weet Bussemaker ook wel dat een opleiding niet automatisch garandeerd dat een medewerker goed werk verricht. De meest ondergewaardeerde groep zorgmedewerkers wil ze een stimulans geven die tot meer kwalteit moet leiden. De verzorgenden. Dat zijn de mensen die in een tehuis het haar wassen van uw demente vader. Of ze komen thuis langs bij uw gehandicapte moeder om het bed op te maken en de vloer te stofzuigen.

Naast betere opleidingen wil Bussemaker bekijken of die verzorgenden niet opgenomen kunnen worden in het
BIG-register. Apothekers, artsen, fysiotherapeuten, gezondheidszorgpsychologen, psychotherapeuten, tandartsen verloskundigen en verpleegkundigen zijn hierin geregistreerd en er worden aantekeningen gemaakt van eventuele beperkingen in hun bevoegdheid. Ben je in dat register opgenomen dan mag je de door de wet beschermde titel voeren en aanspraak maken op de bevoegdheden die met de titel samenhangen.
Da''s mooi voor de verzorgenden want zo''n registratie geeft dus een erkende status. Bussemaker zegt hier dus eigenlijk mee dat het ''vuile werk'' in de zorg erkend moet worden als professionele hulp. Omdat je zo''n registratie ook weer kwijt kan raken als je je werk niet goed doet, hoopt ze de verzorgenden te stimuleren hun werk te verbeteren. Het moet er allemaal toe leiden dat verzorgenden een even belangrijke plek krijgen als de verpleegkundigen en andere specialisten die in de zorg rondlopen en even professioneel met de cliënten omgaan. Daarmee zou ook de verzorgende een stem kunnen krijgen in het bepalen van de juiste zorg. Een verzorgende heeft immers ook een nauw en persoonlijk kontakt en zou de wensen van cliënten goed naar voren kunnen brengen.

Prima plan! Waarom dan toch een nominatie voor de Donkey Shocking Award?

Om te beginnen kunnen Bussemaker''s idealen wel eens stuiten op de gevoeligheden tussen de verschillende beroepsgroepen in de zorg. Eénmaal de erkende status verkregen zou een verzorgende wel eens tegen een verpleegkundige kunnen zeggen: ''Zeg, ik heb net de poepluiers van meneer J. opgeruimd en ik zag dat-ie toch behoorlijke doorligplekken heeft. Moet je daar niet wat aan doen?'' Waarop de ook van beroepstrots vervulde verpleegkundige zegt: ''Wat weet jou nou van doorligwonden? Ga toch stofzuigen, mens!'' Mensen kunnen elkaar met hun status en beroepseer ook aardig in de weg zitten. Het zou niet de eerste en laatste keer zijn dat zulke gevoelens conflicten op de werkvloer opleveren. Daar wordt zeker de cliënt niet wijzer van.

En wat de rest van haar plannen betreft: Ze zijn mooi omdat ze goed heeft geluisterd naar de sector. Bijna alle genoemde voorstellen zijn al jaren te horen uit de monden van de zorgmedewerkers die de klus moeten klaren. Als eerste laat ze dus zien dat ze die honderd dagen praten goed heeft benut. En wat krijgt ze dan te horen van D66-kamerlid
Koser Kaya? Of mevrouw erover nagedacht heeft hoe ze dit gaat betalen! Het kamerlid zegt dus niet: Mooi plan en de 2e kamer gaat je helpen de financiering mogelijk te maken. De kans van slagen van Bussemaker''s voorstellen zijn dus afhankelijk van de prioriteiten die de Kamer gaat stellen. Want ook zo''n 2e Kamer houdt er een bepaalde beroepstrots op na.

De zesde nominatie voor de Donkey Shocking Award gaat naar Jet Bussemaker omdat ze met alle goede bedoelingen de zorg aanmerkelijk wil verbeteren en de mensen daarin centraal wil stellen en niet de cijfers en regels. Ze houdt er echter te weinig rekening mee dat statusgevoeligheid van de
zorgwerkgevers, diverse beroepsgroepen en zelfs kamerleden haar flink in de weg kunnen zitten.

Neelie Kroes maakt Europa goedkoper

Zelfs de meest linkse anti-europa activist zou van de weeromstuit wel eens een rechtgeaarde liberale europeeaan kunnen worden dankzij Neelie Kroes. Deze euro-commisaris van liberale huize pakt kartelvorming meedogenloos hard aan.
Nu is het de beurt aan fabrikanten van
badkamerspulletjes. Fabrikanten van douchestangen en badkamerkranen hebben de handen ineen geslagen om de prijzen kunstmatig hoog te houden.

Normaal gesproken gaan mensen samenwerken om produktiekosten laag te houden en goedkoop inkopen te kunnen doen. Denk aan collectieve verzekeringen, landbouw coöperaties en wooncommunes. Allemaal begint dat met de ''c'' van communisme, een in vergetelheid geraakt ideaal dat tot doel had dat iedereen het een beetje goed zou krijgen. Maar doet men hetzelfde zonder tot een lagere prijs van een bepaald produkt te komen dan heet dat kartelvorming. Jawel, met de ''k'' van kapitalisme.

Nou staat Neelie Kroes toch niet bekend als een ultra-rode rakker. Maar het past wel in haar liberale traditie dat vrijheid gelijk staat aan keuzemogelijkheden. Ze ligt er vast niet wakker van dat de consument een aardig prijsje moet betalen voor bepaalde producten. Het is haar wel een doorn in het hoog dat kartels vaak een monopolie-positie verwerven, waardoor er weinig te kiezen valt bij wie je gaat shoppen.
Kartels concurreren kleinere bedrijven kapot en uiteindelijk heeft de consument nog slechts één keuze bij de inrichting van de badkamer.


De Europese regelgeving stelt dat kartelvorming verboden is en straft overtreders met gigantische boetes. Allemaal het werk van Neelie Kroes. Wie in haar handen valt kan de rekening alvast opmaken. Eerder dit jaar had ze een paar fabrieken te grazen die aardig
in de lift zaten en gooide ze de winstverwachtingen aan diggelen van glasfabrikanten.
En denk niet dat het dan om kleine bedrijfjes gaat die van arremoe elkanders samenwerking zochten. Zelfs een gigant als
Shell ontkwam niet aan de tentakels van euro-commisaris ten bleek dat die betrokken was bij prijsafspraken voor o.a. asfaltprodukten.

Dit jaar heeft Neelie de ambitie minstens
tien kartels aan te pakken. Ze heeft nog zaakjes lopen tegen creditcard-maatschappijen, de electriciteitssector en zelfs Microsoft. Als die niet gauw hun monopolie-posities opgeven, krijgen ze te maken met Neelie Kroes en ze kunnen nu al uitrekenen wat ze dat gaat kosten.
Shell moest 160 miljoen euro boete betalen en de liftfabrikanten mochten 992 miljoen euro in de kas van Neelie storten. En dat steekt ze niet in eigen zak. Nee, ze wil graag dat die inkomsten ten goede komen van de gemeenschap. Met al dat geld kan ze haar werk uitbreiden zonder dat het de europeanen meer aan lidmaatschapsgeld gaat kosten.

Is dat mooi of niet? De consument is niet meer gebonden aan die peperdure software van Microsoft en een verenigd europa kost ons geen cent meer.

Denk nu niet, beste lezer, dat dit stukje uiteindelijk is bedoeld om Neelie alsnog onderuit te halen. Dat gaat niet gebeuren. Tenslotte heeft ze ook gezegd dat die hele dubbele paspoorten-kwestie een non-issue is, maakt ze zich hard het glazen plafond te doorbreken, waardoor er meer vrouwen in toppposities kunnen komen en viel ze haar ijzeren collega Verdonk af door de zijde van Ayaan Hirschi Ali te kiezen. Kortom, niets dan lof.

Wel denk ik dat Neelie met al haar goede bedoelingen de grijp-en graaicultuur niet ongedaan kan maken. De beboete bedrijven hoesten de mega-boetes op alsof ze een boertje laten. De winsten waren immers allang binnen. Bovendien valt te vrezen dat die boetes als onkosten worden opgevoerd, waardoor de consument alsnog tegen te hoge prijzen aanhikt. En als kartelvorming in Europa te lastig wordt, dan vindt het bedrijfsleven wel andere wegen om hun winsten veilig te stellen. Men wijkt uit naar niet-europese landen of is zelfs niet te beroerd omde europese gedachte onderuit te halen.
Nu al klaagt het bedrijfsleven steen en been over de, in hun ogen, veel te ver gaande europese regelgeving. Kartelvorming kan Neelie dan nog wel aanpakken, maar als men eendrachtig gaat lobbyen zou ze zomaar haar baantje wel eens kwijt kunnen raken.

Gandhi zei al: ''De aarde biedt voldoende om ieders behoefte te bevredigen maar niet ieders hebzucht''. Die hebzucht wordt er, ondanks Neelie''s voortvarende aanpak, niet minder om. Haar goede bedoelingen zijn duidelijk. Haar inzicht in de menselijke drijfveren schieten tekort om een definitief einde te maken aan kartelvorming. En daarmee kan de redaktie haar bij deze voordragen als de vijfde genomineerde voor de
Donkey Shocking-award.

Donkey Shocking-nominatie voor Educatie Televisie

Zinnen zijn de dragers, vol boeken en verhalen, maar je zal er in verdwalen, als je niet weet wat je moet.
Prinses Laurentien
citeerde dit couplet uit de titelsong van het tv-programma ''Lees en schrijf!'', dat gisteren in première ging. Het maakt onderdeel uit van een project ter bestrijding van laaggeletterdheid (een ingewikkeld woord dat de term ''analfabetisme'' vervangt).
Laurentien, bestuurslid van de Stichting Lezen & Schrijven, zou het mooi vinden als dat liedje nummer één werd in de hitlijsten, want er kan geen aandacht genoeg worden gegeven aan de problemen van analfabeten en laaggeletterden.


Volgens de
Stichting Lezen & Schrijven hebben zo''n 1, 5 miljoen mensen problemen op dit gebied. De stichting stelt dat daarvan 1 miljoen autochtonen en een half miljoen allochtonen moeite met lezen en schrijven hebben.
Pikant detail. Deze statistieken zouden er dus heel anders uit kunnen zien als we onze grenzen weer eens wat wijder openstellen.

De
oorzaken van analfabetisme zijn heel divers en vraagt dus om een brede aanpak. De ETV (Educatieve Televisie) heeft dat goed begrepen. Multi oorzaken ga je te lijf met een multimedia project. Behalve het tv-programma, komt men ook met een werkboek, een website en een bellijn. Een stevige promotiecampagne brengt alles onder de aandacht.

Nu is een tv-programma nog wel te volgen door analfabeten. Daar komt geen lezen en schrijven aan te pas. Hoewel: hoe kom je erachter waar en wanneer dat programma wordt uitgezonden.
Een werkboek met oefeningen is ook heel aardig. Oefening baart kunst en dat geldt ook voor lezen en schrijven. Klein probleempje voor analfabeten is hoe je dat werkboek kunt bestellen.
Die bellijn zal nog het meest toegankelijk zijn. Ik zou zeggen: maak er beeldtelefoon van, zodat de call-centralist kan meelezen, als je in de keuken met een recept uit het kookboek staat te worstelen.

Maar dan die website. Zelf onder goed lezende mensen zitten aardig wat ''digibeten'' die moeite hebben met het bezoeken van websites. Wat moet een analfabeet met een website waar je je eerst moet
aanmelden en inloggen voor je bij de oefeningen kunt komen???
Een analfabeet die jarenlang zijn/haar ''tekortkoming'' slim heeft weten te maskeren. zal nu toch echt uit de kast moeten komen en de hulp in moeten roepen van een geletterde buurman of kennis. Is dat de bedoeling van die website?

Anderhalf miljoen slecht lezende en schrijvende mensen zijn er, voor een welvaartsstaat, veel te veel.
Het valt te prijzen dat Laurentien, met medewerking van staatssecretaris Bijleveldt (let op: met ''dt''!), initiatieven ondersteunen om dat aantal omlaag te krijgen. Maar het is weggegooid geld als dat in de vorm van ontoegankleijke websites gaat.
De prinses wil van de titelsong van het tv-programma een nummer één hit maken. Zorg er dan wel voor dat de tekst wordt aangepast aan de werkelijkheid van dit project:
Zinnen zijn de dragers, vol mooie sites op het web,
je zal er nooit in verdwalen, als je weet hoe je inloggen moet.

De goede bedoelingen zijn duidelijk. Maar met de middelen die worden ingezet, kwalificeert de ETV zich op een uitgelezen manier voor de
Donkey Shocking Award. Bij deze!

Voor ezelsoren bestemd

Toen koning Midas de god van het dierlijk instinct, Pan, aanwees als een betere muzikant dan Appolon (de god van de rationaliteit) werd hij gestraft met een paar ezelsoren. De koning probeerde die schande te verbergen onder een muts, maar omdat één van zijn slaven te weinig rekening hield met de spelingen der natuur kwam het geheim toch uit en wist heel de wereld van zijn ezelsoren.

Wat beweegt een 18-jarige jongeman om zijn oorspronkelijke naam Wandert, te veranderen in die van de koning met de ezelsoren? Hoopte hij dronkaards te kunnen redden en daarmee de mythologische kracht te verwerven om alles wat hij zou aanraken, in goud te kunnen veranderen?

Midas Dekkers
, bioloog/schrijver/columnist, stopt morgen met zijn wekelijkse column bij Vara''s Vroege Vogels. Die stukjes gesproken goud zullen we dus moeten missen. Wat rest zijn de gouden boeken die hij schreef, waarin hij op creatieve, spitsvondige en humoristische wijze verbanden legt tussen mens en dier.
Het menselijk gebrek aan respect voor de natuur is door hem met scherpe en soms bizarre voorbeelden aan de kaak gesteld. Hoewel hij zelf vindt dat we elkaar met rationele argumenten moeten overtuigen, weet hij herhaaldelijk aan te tonen waar we met al onze rationaliteit de mist in gaan. En dat leidt dan tot respectloze omgang met de natuur. Van het massaal rondstampen in bossen, onder het mom van natuurbeleving, tot aan dierenmishandeling toe.

In een interview met Pauw en Witteman (vrijdagavond 9 februari) zegt hij dat zijn werk er uit bestaat de feiten en de kennis aan te dragen. De mensen moeten dan zelf maar kiezen wat ze ermee doen.

Toch heeft hij zich niet beperkt tot het aanwijzen van wat er zo al mis gaat. Hij heeft ook regelmatig oplossingen aangedragen om het anders te doen.
Het zijn wel het soort oplossingen waar de redactie hier laaiend enthousiast over kan zijn, maar waar de meeste mensen geen oren naar hebben. In een interview uit 2002 stelt hij bijvoorbeeld dat de ovebevolking niet aangepakt moet worden door ''buitenlanders'' het land uit te gooien, maar een verbod op grote gezinnen in te stellen. Eén kind per gezin is voorlopig wel genoeg.
En over de opvoeding van kinderen stelt hij onder andere dat het wreed is om kinderen op 12-, 13-jarige leeftijd te martelen met de grammatica van vreemde talen. Nee, beter is het om anderstalig personeel in te zetten op kinderchrèches, omdat juist in de allerjongste periode kinderen het taalgevoeligst zijn.

Gouden ideeën van de man met de ezelsoren. Midas Dekkers blijft volhouden dat we onze rationaliteit beter, creatiever en slimmer moeten benutten. Dat is goed voor mens en dier.
Helaas zijn Midas'' voorbeelden aan dovemansoren gericht. Zijn bedoelingen zijn buitengewoon goed, maar het egoïsme en de hebberigheid van de mensen om hen heen, zorgen er vooralsnog voor dat veel mensen de verkeerde keuzes maken.

Daarmee wordt ook Midas, de koning met de ezelsoren, een prima genomineerde voor de Donkey Shocking Award.

Hopelijk blijft hij wel nog wat boeken schrijven. Kijkt u ook eens rond op zijn website. De hierboven genoemde gouden oplossingen zijn terug te vinden in de interviews die daar zijn gepubliceerd.
Of ga 31 maart naar de
Nacht van de Filosofie. Het thema is dit jaar ''Het Redelijke Beest''. Midas Dekkers wordt dan geïnterviewd en mag zijn gouden visie over de mens-dier verhoudingen nog eens uit de doeken doen.

Het CPNB geeft gratis boeken weg

Lezen, leren en maakbaarheid

Hoewel ik slechts 1x per maand een genomindeerde voor de Donkey Shocking-award wilde aanwijzen, kan ik er niet omheen nu reeds de tweede nominatie bekend te maken. Het CPNB (Stichting Collectieve propaganda voor het boek) heeft aangekondigd welk boek dit jaar gratis uitgedeeld gaat worden.
Met de jaarlijkse verstrekking van een maatschappelijk relevant boek, wil men het lezen èn de gemeenschapszin bevorderen.
Dit jaar denkt het CPNB dat te bereiken door ''De gelukkige klas'' (uit 1926) van Theo Thijssen te promoten. Hiermee wil men een hymne brengen aan de mens voor de klas. Waarom verdient het CPNB de nominatie?

Dat de boekenclub zowel lezen als de gemeenschapzin wil bevorderen, is een prima initiatief. Het gratis verstrekken van een boek bleek vorig jaar een groot succes. Het is echter de vraag of een oplage van 725 duizend boeken genoeg is.
Met de keuze van dit jaar wordt de aandacht gevestigd op de rol van de leerkacht. Theo Thijssen heeft de naam een voorvechter geweest te zijn voor beter onderwijs, waarin liefdevolle aandacht voor het individuele kind centraal hoort te staan.
In de tijd dat Thijssen onderwijzer was, werd zoiets als ''respect'' er langs de weg van ijzeren orde en regels ingestampt bij het jonge volkje. Leren ging op de maat van strak, dreunende ritmes.
De weg naar volwassenheid en deelname aan de samenleving werd voorbereid door de tafel van vermenigvuldiging, de rijen werkwoorden en de historische jaartallen uit het hoofd te leren. Wie je als kind was deed er niet toe.

Theo Thijssen zag dat wat anders. Hij vond dat de school op de eerste plaats een plek met warmte, veiligheid en geluk moest zijn. Hij eindigt zijn boek ''De gelukkige klas'' dan ook met een voor die tijd wel erg boute stelling: '' M''n heerlijke, lieve, lastige stel, ik weet eigenlijk maar één ding: de jaar of wat, dat ik jullie heb en dat jullie mij hebben, behoren wij enkel-maar een gelukkige klas te zijn. En de rest is nonsens hoor, al zal ik dat jùllie nooit zeggen''.


Het CPNB wil nu met dit voorbeeld het onderwijzersschap weer eens ter diskussie stellen. Thijssen is een goed voorbeeld, want hij beschrijft ''
hoe hij worstelt met de richtlijnen van de schoolinspectie, om maar iets actueels te noemen. En hij laat zien hoe moeilijk het is om als leraar bij ieder kind het specifieke talent tot ontplooiing te brengen'', aldus het CPNB.

De goede bedoelingen van het CPNB zijn duidelijk. Natuurlijk moet er meer worden gelezen. En ja, aandacht voor de gemeenschapszin en het onderwijs in het bijzonder mag altijd prioriteit hebben. Maar ook al wordt er al eeuwen gelezen, het heeft de wereld niet beter gemaakt dan het is. Elke lezer maakt toch telkens weer zijn eigen verhaal.
Het goede van de CPNB-actie is wel dat men de lezers uitnodigt over het gelezene met elkaar te praten. Dat is toch wat anders dan op grond van enkele boeken naar de wapens te grijpen.

Misschien lukt het de boekenclub nog eens met een boek te komen die dat duidelijk maakt. Een boek met visie naar de toekomst. Want het is sterk de vraag wat men bereikt door een boek uit het verleden te presenteren. Wil men terug naar de tijd van Theo Thijssen? Volgens de man zelf is dat niet de weg naar een betere toekomst. Je kan er wel op wijzen dat het nu en gisteren allemaal niet zo best is, maar ga dan wel voor de beste oplossingen. Of zoals Thijssen het zelf schreef in zijn boek Schoolland: ''Allemaal goed-en-wel, maar dat het vroeger zo heel erg beroerd was, is nog geen reden om tegenwoordig maar genoegen te nemen met de middelmatige beroerdheden.''


Of wil het CPNB hier een vingerwijzing aan het toekomstige kabinet geven?

Maakbare veiligheid

Pieter van Vollenhoven actDe eerste genomineerde voor de Donkey Shocking-award is Pieter van Vollenhoven. Niet altijd door iedereen serieus genomen, maar hijzelf neemt zijn taak als voorzitter van de Onderzoeksraad voor Veiligheid uitermate serieus.
Hij weet inmiddels als geen ander dat het een behoorlijk rommeltje is op gebied van veiligheid. De overheid, het bedrijfsleven en de individuele burger denken dat het allemaal zo'n vaart niet loopt, maar van Vollenhoven weet wel beter.

Soms boekt hij een succesje. Het onderzoek van zijn ''veiligheidsraad'' naar de Schipholbrand kostte een paar ministers hun kop. Maar verder worden tal van andere aanbevelingen met een vriendelijke glimlach aangenomen zonder dat er echt harde acties worden ondernomen om de veiligheid van land en burger te vergroten.

Van Vollenhoven lanceert onvermoeibaar nieuwe ideeën. Ook nu weer richt hij zijn peilen op de overheid.

Er wordt in de samenleving zo verschrikkelijk langs elkaar heen gewerkt dat dit bij tal van ongelukken rampzalige gevolgen kan hebben. Dat moet afgelopen zijn en Pieter stelt dan ook voor dat de overheid de regie neemt. Er zou zelfs een minister van Veiligheid moeten komen.
Verder moeten klokkenluiders (de ''shocking donkeys'') beter beschermd worden. Zij wijzen immers als eersten op missstanden en tekortkomingen en als er beter naar hen wordt geluisterd kunnnen tal van ongelukken voorkomen worden.


De vraag is wel in hoeverre de overheid verantwoordelijk kan zijn voor de sociale en fysieke veiligheid van de burgers, als die zelf een loopje nemen hun eigen veiligheid. Nog steeds geldt dat de meeste ongelukken in het huishouden gebeuren. De ramen zemen op een wankele stoel, schoonmaakmiddelen binnen handbereik van kinderen, een lampje verwisselen terwijl de stroom er nog op staat, de vlam in de pan. Het is echt levensgevaarlijk in huis.
Sport en werk zijn ook risicovolle gebieden. Wat dat laatste betreft is het vaak een centenkwestie. Arbo-wetgeving of niet, nog steeds is veiligheid een sluitpost op de begroting van veel organisaties en bedrijven.
Hoe kan het allemaal veiliger worden, als het ''veiligheidsbewustzijn''op een laag pitje staat. Waarom nemen mensen telkens weer onverantwoordelijke risico''s? Kiest men liever voor een leven vol gevaar?

Hoe goed van Vollenhoven het ook bedoelt, dat bewustzijn zal hij nog vaak als ernstig obstakel op zijn weg vinden. Ook al krijgt hij de hulp van heel legioen klokkenluiders.
Neem nu het bekende ''alarmbelletje''. Een onbewust verschijnsel dat iedereen wel kent. Hoe vaak ging er bij u zo''n belletje rinkelen zonder dat u actie ondernam? Ik durf te stellen dat zulke belletjes vaker worden genegeerd dan nodig is. Wat het onderbewuste ons meldt, wordt vaak weggeredeneerd door het zogenaamde gezonde verstand. Als dat gecombineerd wordt met argumenten die meer te maken hebben met het budget, blijven gevaarlijke situaties lang gehandhaafd.

Op mijn werk bestaan er al jaren een aantal risicovolle situaties. Herhaaldelijk worden ze aan de leidinggevenden gesignaleerd en het antwoord is nog steeds: ''maar er is toch nog nooit wat gebeurt…?''

Kennelijk geeft die laatste constatering bij veel mensen een zodanig veilig gevoel, dat men meent niets te moeten ondernemen.

Pieter van Vollenhoven heeft groot gelijk dat het veiliger kan. Zijn maakbaarheid van de veiligheid zal echter nog veel hinder ondervinden van het argeloze denken. Hij vecht tegen windmolens. Niet de windmolens die hij zelf heeft bedacht, maar de molens die in het hoofd van nog teveel mensen de wind laat waaien, zoals hun jasje hangt.
Daarmee wordt van Vollenhoven hier de eerste genomineerde voor de Donkey Shocking-award.

(de foto is afkomstig van ''peterwillemsacts'' en een interview met van Vollenhoven is te zien bij de NOS).

Donkey Shocking-award

Donkey Shocking bannerIn 2007 is de redactie op zoek gegaan naar genomineerden voor de Donkey Shocking-award. Mensen die met alle goede bedoelingen de wereld willen verbeteren, maar waar weinig mensen naar luisteren. De roependen in de woestijn, de vechters tegen de bierkaai, de klokkenkluiders,de hedendaagse Don Quichottes.
Mensen die nieuwe codes voorstellen, andere keuzes voorleggen en wiens maakbaarheden struikelen over menselijk tekorten als onbegrip, machtswellust, hebzucht of onwetendheid.

Een echte ''shocking donkey'' is dus een hardwerkende, goedbedoelende wereldverbeteraar die mensen wakker probeert te schudden. Maar ook die zeldzame ezel is die zich wel telkens weer stoot aan de steen van het menselijk (on)vermogen.

Inmiddels zijn er 11 genomineerden en kan er gestemd worden.

De stembox is geopend van maandag 7 januari tot en met zondag 13 januari (sluitingstijd 23.00 u.)

Je kan maar op 1 kandidaat stemmen en per ip-adres kan er slechts 1x worden gestemd.

Wie problemen heeft met de stembox kan zijn of haar stem (1 kandidaat noemen!) ook opsturen per mail naar postmaster@peterspagina.nl).

De stembox met de elf genomineerden zie je op de voorpagien (home) rechts. Een klik op de naam brengt je naar het artikel waarin je kunt lezen waarom men is genomineerd.

De genomineerden zijn per brief of email op de hoogte gesteld van hun nominatie.

De uitslag wordt maandag 14 januari bekend gemaakt. De uitreiking zal hopelijk nog diezelfde week plaatsvinden.

De Donkey Shocking Award (een vaandel op bureaustandaard) is ontworpen door Crachàt, welbekend van zijn fraaie tekeningen op het weblog Sargasso.

Wat de Donkey Shocking Award precies inhoudt, kun je lezen in deze oorkonde die de award zal vergezellen.

Wie eerst de diverse nominaties wil doorlezen kan ook gebruik maken van onderstaande links.

Pieter van Vollenhoven (Onderzoeksraad voor de veiligheid):
Overheid verantwoordelijk voor roekeloze burger?

CPNB (Stichting Collectieve Propaganda voor het Nederlandse Boek):
Gratis is lezen is vrije discussie?

Midas Dekker (bioloog, schrijver):
Boodschap aan ezelsoren gericht?

ETV (Educatieve Televisie):
Kunnen analfabeten websites lezen?

Neelie Kroes (Europees Commissaris voor Competitie):
Ontmanteling van de hebzucht?

Jet Bussemaker (staatssecretaris ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport):
Ouderenzorg versus beroepseer?

Marlies Rohmer (architect):
Spelen in de stad of regels in de stad?

Ronald Plasterk (minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen):
Bewust van lust?

Het Kadaster (bureau voor landmeting en kadastrale registratie):
Landmeten tegen armoe?

Frits van Oostrom (president Koninklijke Academie van Wetenschappen):
Onderwijsprioriteiten versus budgettering?

Paul Frissen (hoogleraar Bestuurskunde, Universiteit van Tilburg):
Maakbaarheid versus maakbaarheid?

Ga nu stemmen en bedankt voor je medewerking!