Tag archieven: Eurlings

Spijtstemmen: Aftredend kiezersbedrog

Spijtstemmen: Aftredend kiezersbedrog Ooit gedacht dat Jeugd en Gezin-baas, André Rouvoet, zoveel impact zou hebben? Eurlings kapt, om een gezinnetje te stichten, Bos stopt, om meer tijd aan zijn kinderen te besteden. Het kan haast niet anders, of de heren zijn bewerkt door Rouvoet. Als dat uitlekt, is het ook met hem gedaan, want waarom zou een vader van vier kinderen wel blijven zitten?

Na Agnes Kant, die om heel andere redenen is opgestapt, zijn er na de gemeenteraadsverkiezingen van 3 maart hebben we nu dus drie prominente politici, die er tussenuit knijpen. Vreemd dat er her en der wordt gesproken van kiezersbedrog als politici wel verkiesbaar blijven, maar na 9 juni niet in de Kamer willen zitten. Want de arena verlaten mag ook wel een vorm van bedrog worden genoemd.

Waarom? Wel, de heersende opinie was dat de gemeenteraadsverkiezingen ook landelijke betekenis zouden hebben. Als dat waar is, dan had Agnes Kant moeten blijven. De SP scoorde weer een lichte winst, dus opstappen is verraad aan de SP-stemmers die weer wat in de partij zijn gaan geloven.
Wouter Bos had het voortdurend over zijn handen vrij hebben om eens stevig campagne te voeren. Zelf meende hij dat het verlies van de PvdA meeviel en hij wel kansen zag op 9 juni. En nou kapt hij ermee? Hij breekt een belofte aan zijn kiezers.
Camiel Eurlings leek net de grote tweede man van het CDA te worden, om het geschonden aanzien van Balkenende nog een beetje te redden. De CDA’ers die hem als pion naar voren schoven, zullen nu wel slapeloze nachten hebben. Ook die kiezers zullen zich eenzaam en verlaten voelen.

Wie volgt? Als gezin en kinderen belangrijker zijn dan politieke ambities, mogen we rekenen op het vertrek van Verhagen, Plasterk, Cramer, Huizenga, Eberhard van der Laan, Pechtold, Halsema, Verdonk en, zoals gezegd, Rouvoet.
Als “de kiezer” enige stabiliteit wil, lijkt het me verstandig op politici te stemmen die partner- en kinderloos zijn. Op naar het singles- kabinet. Op voorwaarde dat ze niet op datingsites gaan twitteren.

Het betekent wel dat er waarschijnlijk nog meer kiezers teleurgesteld zullen zijn. Met name degenen die hoge verwachtingen van hun idolen hebben.
Na de gemeenteraadsverkiezingen was hier een artikel over spijtstemmen te lezen. De vraag was of vooral de zwevende kiezer spijt kan krijgen van zijn stem. Alle partijen doen hun best om de zwevende kiezer binnen te halen. Die zou dan weer spijt kunnen krijgen als zijn stem niet het gewenste resultaat heeft gehad, of juist veel te veel heeft bijgedragen aan de zetelopbrengst van een partij.

Uit de bijgaande poll bleek dat een grote meerderheid (63%) absoluut geen spijt had van de keuze. Toch had 17% wel spijt. Verder gaf 8,5% aan wel eens vaker spijt te hebben gehad en 11,5% nooit teleurgesteld was na het stemmen.
De meesten hebben dus alle vertrouwen in hun eigen stemgedrag. Zouden de kiezers die achter Kant, Bos en Eurlings stonden, nu wel spijt hebben?

De ingenieur als idool

De ingenieur als idool

Sporthelden, bekende schrijvers, beroemde schilders, favoriete muzikanten, zelfs populaire politici, we kunnen er zo hele rijtjes mee vullen. Maar ingenieurs met een sterrenstatus? Dat wordt hard piekeren.

Welke namen van inspirerende technici zouden in Nederland in aanmerking komen voor een dergelijke aanduiding? Wat is anno 2009 de plaats van de ingenieur in de publieke ruimte?
Dat zijn vragen waar het congres “Onder Ingenieurs” zich morgen, vrijdag 15 mei, mee bezig gaat houden. Het
Biografie Instituut van de Rijksuniversiteit Groningen en de Technische Universiteit Eindhoven, zouden graag zien dat de mens achter de alom aanwezige techniek wat meer bekendheid en welverdiende roem kreeg. Terecht?

Tsja, Leonardo da Vinci kent iedereen wel. Maar meer als multi-wetenschapper dan als ingenieur. Van Gustave Eiffel kennen velen alleen zijn Parijse stalen toren en James Watt mag dan met zijn stoommachine het industriële tijdperk hebben ingeluid, maar vraag een willekeurige passant: wie was James? Tien tegen een dat je als antwoord krijgt: wat?

Over de status van de Nederlandse ingenieur hoeft niet te worden geklaagd. Tenslotte zijn hele delen van dit land drooggelegd door ingenieur Leeghwater, wist Cornelis Lely de Zuiderzee in te dammen en liet Gerard Philips Nederland het licht zien. Wereldberoemd zijn we dankzij die jongens geworden.
Internationaal tellen de hedendaagse ingenieurs ook aardig mee. De grootste drie ingenieurbureaus, Fugro, Arcadis en Grontmij scoorden in 2005 nog behoorlijk goede orders in het buitenland. Dat zal misschien door de crisis nu wat teruggelopen zijn, maar men weet de Nederlandse ingenieur dus wel te vinden.

Verder nog bekende ingenieurs? Jawel, onder webloggers bijvoorbeeld. Christian Jongeneel houdt niet alleen een eigen weblog bij, hij schrijft ook voor GeenCommentaar en levert columns aan het tijdschrift De Ingenieur.
Als lid van GroenLinks is hij ook zeer geïnteresseerd in politiek en er zijn ingenieurs die vinden dat ze wat meer vertegenwoordigt zouden moeten zijn in ons landbestuur en parlementaire organen.

Ze zijn er wel hoor. Minister Eurlings is een ir. en ex-staatssecretaris Aboutaleb een echte ing. In de Tweede Kamer zitten tien techneuten, waaronder Jeroen Dijsselbloem (PvdA) en Bas van der Vlies (SGP).
Het voordeel van meer ingenieurs in de politiek zou zijn dat er beter nagedacht kan worden over projecten als de Betuwelijn. “Voor de beoordeling van grote infrastructurele projecten zou het best goed zijn als er meer bèta-Kamerleden zouden zijn“, zei Van der Vlies vorig jaar nog
in Intermediair.
Voegt het wat toe als ingenieurs ook politiek bedrijven?

Ed Nijpels, voorzitter van ONRI (brancheorganisatie voor advies-, management- en ingenieursbureaus) zei in oktober 2008 nog: “Politici en ingenieurs zijn te veel probleemgericht, dat schiet niet op“. Maar hij ziet wel een taak voor de ingenieurs hun kennis wat meer in de strijd te gooien bij maatschappelijk relevante issues. Nijpels vindt de ingenieurs wat dat betreft veel te bescheiden en stelt: “Ingenieurs moeten laten weten wat de stand van zaken is op het gebied van onder meer energietechnologie, ruimtelijke ordening, robotisering en biotechnologie. Zij zijn aan hun beroepsethiek verplicht hierover te communiceren, ook als belangrijke klanten bij de komst van nieuwe technologie vrezen voor verstoring van hun nu nog comfortabele marktpositie“.

Ingenieurs willen dus meer erkenning. Misschien moeten ze hun X-factor wat oppoetsen of zich stevig mengen in politieke in maatschappelijke debatten.
Of zien we liever nieuwe Da Vinci's? Ingenieurs die van meer markten thuis zijn. Wat dacht u van een dichtende ingenieur? De hierboven genoemde Christian Jongeneel wijdde een artikel aan de Portugese futurist Álvaro de Campos, ingenieur en dichter. En tenslotte herinneren we ons ingenieur Lely maar al te goed. Ingenieur en staatsman.

Met welke bijzondere combinaties zouden voortaan ingenieurs het tot bekende en beroemde Nederlanders kunnen schoppen? Of vindt u dat de meesters der maakbaarheid gewoon moeten blijven knutselen aan al die zaken waar we dagelijks gebruik van maken? Misschien is dat dagelijks gebruik wel de ultieme eer die je aan een ingenieur kunt bewijzen.

De economie naar de knoppen

Filevrij

Volgens de transportbranche zijn files schadelijk voor de economie. De files zijn met 25 procent toegenomen in de laatste vier jaar. In 2007 heeft dat een schadepost van 700 miljoen euro opgeleverd. De regering is welwillend dat probleem op te lossen. De kilometerheffing moet uitkomst bieden.

Nu is er een rapportje uitgelekt. De Volkskrant heeft informatie gekregen uit een vertrouwelijk rapport van het Centraal Planbureau, het Milieu en Natuur Planbureau en het Ruimtelijk Planbureau.

Kernpunt van het lek: als de belasting van personenauto's en motorrijwielen (de bpm) wordt opgenomen in de kilometerheffing, dan dreigt onze economie ten gronde te gaan. Hoe dat precies zit, vermeldt de Volkskrant niet.

De kilometerheffing moet in 2016 volledig zijn ingevoerd. De motorrijtuigenbelasting komt dan te vervallen. De transportbranche wil dat ook de bpm verdwijnt. Als die niet verdwijnt, zou het draagvlak voor de kilometerheffing wel eens te klein kunnen worden, zo stelt de branche. En dus wordt er stevig over onderhandeld. De planbureaus hebben tot taak de discussie met cijfers te voeden.

Nu hebben ze blijkbaar berekent dat als de bpm in de kilometerheffing wordt opgenomen, het autorijden zo duur wordt, dat menig burger de wagen zal laten staan. Dat zal de economie enkele belangrijke ritten schelen en het resultaat zal minder welvaart zijn. Aldus de planbureaus volgens de Volkskrant.

De verkeersminister Eurlings en de transportbranche zijn wel voor afschaffing van de bpm. De belastingsecretaris De Jager is er tegen. Die ziet zo'n 3, 2 miljoen inkomsten aan zijn neus voorbij gaan, als de bpm verdwijnt. De planbureau's lijken dus op de lijn van De Jager te zitten: minder belasting is slecht voor de economie?

Maar, de planbureaus hebben het niet over het volledig verdwijnen van de bpm. Men heeft het over het versleutelen van de bpm in de kilometerheffing. Waarom zou dat schadelijk zijn voor de economie? De kilometerheffing vervangt de motorrijtuigenbelasting en de weggebruiker betaalt voor werkelijk gereden meters.

De bpm staat los van dat alles. Je betaalt het bij de aanschaf van een voertuig. Het huidige bpm-tarief is 42,3 procent van de aanschafwaarde voor een personenauto. Dat tarief wordt tot juli 2010 stapsgewijs verlaagd tot 25 procent.
Hoe milieuvriendelijker het vehikel is, hoe lager de belasting. Wie een dieselauto koopt, die helemaal geen roet uitstoot, betaalt 900 euro minder bpm. De schoonste personenauto levert 1400 euro korting op, de vuilste auto kost je 1600 euro extra.

Dus samengevat: de bpm wordt over twee jaar 17,3 procent lager dan nu en wie schoon rijdt spaart zijn portemonnee.
Als de bpm onderdeel wordt van de kilometerheffing kan de burgers dus op twee manieren zijn budget sparen: minder en schoner rijden.

Waarom dan overheveling van de bpm naar de kilometerheffing schadelijk kan zijn voor de economie is mij een raadsel. Nu werken er bij die planbureaus economen met een diploma, dus wie ben ik om hun conclusie in twijfel te trekken?
Ik ga er maar vanuit dat de Volkskrant onvolledige informatie doorspeelt, in de haast hun scoop naar buiten te brengen.
Of willen de planbureau's minister Eurlings pootje haken?

ProRail: minder treinen, minder fietsen.

ov-fietsProRail heeft het niet gemakkelijk. Minister Eurlings gaat een onderzoek instellen naar de prestaties van ProRail, want vier grote computerstoringen in 1 jaar tijd geeft wel veel reizigersongemak. Die problemen ontstonden na verbeteringen aan het computersysteem. Dat herken ik: na de invoering van een verbeterd systeem waren er ook op mijn werk aardig wat problemen. Blijkbaar is de ict-techniek nog niet zo vergevorderd dat dit soort veranderingen foutloos ingevoerd kunnen worden.
Voorlopig zal de treinreiziger het in ieder geval met minder treinen moeten doen. En dat niet alleen: de mileubewuste reiziger moet het wellicht ook met minder fietsen doen.
ProRail heeft een behoorlijk conflict met de stichting OV-fiets. Vandaag daagt ProRail de stichting
voor de rechter om OV-fiets te dwingen een convenant te ondertekenen, waarin is afgesproken dat de exploitatie van de ov-fiets overgedragen wordt aan de NS. ProRail vind dat het alles te zeggen heeft over de ov-fiets. ProRail is immers geestelijk eigenaar van het concept, zoals stichting OV-fiets ook aangeeft op haar site.
De stichting OV-fiets ligt dwars omdat ze ProRail en de NS onbetrouwbare partners vinden: “Door prutswerk van ProRail rijden er in Nederland af en toe geen treinen, maar binnenkort misschien ook geen OV-fietsen”. En over de NS:”Deze spoorreus staat niet bepaald bekend als flexibel, innovatief, open en slagvaardig” (citaten uit het artikel op Nu.nl) Men vreest dat het met de fiets net zo slecht zal aflopen als met de treintaxi.
De ov-fiets is in 2000 door ProRail gelanceerd en het is een succes gebleken. Twee jaar geleden is de exploitaite overgedragen aan de stichting OV-fiets en in diezelfde tijd zou uitgekeken worden naar een 'marktpartner' die de ov-fiets zou overnemen. ProRail vind nu dat de NS de meest gechikte kandidaat is. Stichting OV-fiets
bestrijdt dat. De stichting wil eerst prestatie-afspraken zien van de NS, maar heeft die nog niet gekregen. De NS heeft volgens de stichting ook bar weinig moeite voor de ov-fiets gedaan. Eerder tegengewerkt: stallingspersoneel wegbezuinigd en automatische stallingen geplaatst, die echter nog veel te vaak ontoegankelijk zijn voor de ov-fiets abonnementhouders. De NS is financieel ook weinig toeschietelijk. Dit in tegenstelling tot ander vervoerders als Arriva en Veolia.
De stichting OV-fiets heeft veel werk gemaakt van dat idee en het is dus begrijpelijk dat men niet zonder slag of stoot de fiets overdraagt aan welke kandidaat dan ook. En dat dan in belang van de inmiddels ruim 25.000 gebruikers van de ov-fiets. Gezien de prestaties van NS en ProRail is het wel logisch eerst nadere garanties te vragen.
Het geharrewar is wel het gevolg van het splitsen van één activiteit over meerdere belanghebbenden. Waarom wordt de ov-fiets eerst naar een stichting overgeheveld en moet die fiets daarna 'de markt op'? Eén van de argumenten daarvoor is dat de klant daar wijzer van moet worden. Nu blijkt dat de NS de enige gegadigde is, heeft de stichting OV-fiets wel een punt. ProRail en de NS kunnen klantvriendelijkheid niet garanderen. De stichting zelf is overigens ook niet van alle smetten vrij. Het stallen van een fiets in een andere kluis dan waar die afgehaald is kost inmiddel € 10,-, terwijl dat eerst slechts €1,- was. De stichting verantwoordde dat door te stellen dat de transportkosten van de terug te plaatsen fietsen te hoog waren. Dat kan zijn maar erg klantvriendelijk is het ook niet als je de fiets niet naar eigen stationskeuze kan wegzetten en €10,- is bepaald niet een argument waar je nieuwe klanten naar de ov-fiets lokt.
De ov-fiets is een prima produkt. Dat mag niet leiden onder het nog krakende beleid van de NS. Zeker niet in een tijd dat er nog zoveel mensen overgehaald moeten worden om van de fiets en openbaar vervoer gebruik te maken.

Ezeltjes in de polder.

We gaan hier toch niet het ''Wim Kan-effect'' krijgen, hè? Voor de jonge bezoekers van dit weblog: Wim Kan was een cabaretier die lang geleden het nieuwe jaar over de drempel mocht helpen met zijn oudejaarsconferences. Daarin gaf hij altijd een soort jaaroverzicht van de haagse politiek. Op beschaafde wijze dreef hij de spot met menig politicus. Dat had uiteindelijk tot gevolg dat als een politicus ernstig aan zijn/haar imago twijfelde, als hij/zij niet door Wim Kan genoemd werd.
Het lijkt er op dat dit verschijnsel nu ook optreedt bij de Donkey Shocking Award. Gisteren heb ik staatssecretaris Jet Bussemaker daarvoor genomineerd. En meteen de volgende dag doen een aantal politici hun uiterste best ook voor een nominatie in aanmerking te komen. Leest u zelf maar.
Bos: “Ja, sorry. Ik wilde alleen maar mijn positieve bijdrage leveren. Als ik even nagedacht had. zou ik natuurlijk ook wel kunnen weten dat dit absoluut niet help. Iedereen gaat nu zitten wachten tot het gratis paspoort is ingevoerd. Daar hebben mensen die nu een nier nodig hebben helemaal niks aan. Sorry. Maar wel een goeie voor die Donkey Shocking Award, toch?”

Plasterk: “Ik wist het wel, ik wist het echt wel. Ik heb vooraf alleen maar geroepen dat ik tegen was, om de kijkcijfers omhoog te helpen. Mijn idee om nu tot een masterplan te komen is half zo leuk niet als deze stunt. dat geef ik toe. Maar het past wel prima in het soort maakbaarheid waarmee op dit weblog de spot wordt gedreven. En zo krijg ik over de rug van BNN toch mooi mij naam weer eens genoemd.”
Eurlings: “Wat? Is dit idee een kanshebber voor de Donkey Shocking Award? Dat vind ik uitermate beledigend. Ik ben er heilig van overtuigd dat gedragskursussen een excellent instrument zijn om van verkeershufters voorbeeldige automobilisten te maken. Steekt u die award maar in uw eigen zak en de draak maar met al die snerende bloggers. Als u zoiets nog een keer presteert dan sleep ik u voor de rechter en laat u veroordelen tot een gedragskursus voor webloggers. Misschien dat het dan met uw blogje nog eens wat wordt.”