Tag archieven: fusies

Nostalgie maakt depressief

Nostalgie maakt depressief Nemesis staat bekend als de keiharde wraakgodin uit de Griekse mythologie. Geenszins wraakzuchtig, minder bekend, maar wel bezig met keiharde gegevens te komen is Nemesis, het onderzoek naar de krankjorumheid van Nederland.

Alsof we zelf niet weten, hoe gek we zijn. Bewijs? Een artikel in dagblad Trouw, die een blik heeft geworpen in de eerste resultaten van het Nemesisonderzoek.
Nemesis staat voor Netherlands Mental Health Survey and Incidence Study. Vandaag zijn resultaten uit dat onderzoek gepresenteerd op de GGZ Kennisdag, een symposium waar dit jaar aandacht besteedde aan de rol van de gemeentelijke overheid en het geestelijk welzijn van hun inwoners.

Nou, weet Trouw, dat kan per gemeente behoorlijk verschillen. Het gekke is, dat bij een ouder Nemesisonderzoek bleek dat stedelingen aardig depressief konden zijn. Wat blijkt nu? Dorpelingen zijn ineens een stuk
depressiever geworden.
Naar de oorzaken is het gissen, blijkt bij nader lezing. De projectleider van Nemesis geeft twee mogelijke oorzaken. Dorpelingen, ooit levend in oases van rust, nemen het jachtige leefpatroon van stedelingen over. Als een idioot zitten internetten en meer met de auto naar het werk. Dat stedelingen vroeger meer mentale malheur hadden, was te danken aan werkloosheid, die steden meer in de dwangbuis hielden dan menig dorpje.

U ziet het, vroeger was het alleen in dorpen beter. Over vroeger gesproken, even nog een Grieks mythologisch intermezzo.
Die GGZ Kennisdag werd gehouden in Apeldoorn. En wel in zaal Orpheus. U kent Orpheus toch nog wel? De welluidende zanger die zijn liefje verloor. Hij miste haar zo, dat jij een poging deed haar uit het dodenrijk terug te halen. Dat mocht, onder voorwaarde dat hij niet naar zou kijken. Bij het verlaten van het dodenrijk keek Orpheus toch achterom en verloor daarmee definitief de liefde van zijn leven.

Je maakt mijn niet wijs dat Nemesis bij toeval dezelfde naam heeft als de mythologische wraakgodin. Ik ben niet gek! Hoewel, je maakt me zomaar wijs dat het geen toeval is dat Orpheus is gekozen om wat voor te dragen uit Nemesis werk.
De verborgen boodschap is: kijk niet om, ander zal de wraak verschrikkelijk zijn. Ofwel: nostalgie maakt depressief.

Terugkijken naar, zelfs intens hunkeren naar wat is geweest, dat schiet niet op. Hoe je er ook naar staart, het komt alleen maar terug in weemoedig makende liedjes. En daar wordt je behoorlijk depri van.
De dorpelingen zouden nog gered kunnen worden van voortschrijdende zwaarmoedigheid, door onmiddellijk op te houden met gemeentelijke fusies. Maar blijven ze dan de tevreden dorpsbewoners? Die fusies zijn immers bedoeld om de kleinere gemeenten om te vormen tot conglomeraten van meer stedelijke allure. En juist stedelingen zijn nu veel minder depressief.

Nee, maak van dat geluk maar een herinnering en vergeet het. Omkijken leidt maar tot ellende. Al was het maar omdat je er minstens nekklachten aan overhoudt.

De 10 geboden bij overnames

EstafetteEen modieuze variant van de fusie (zie artikel van gisteren), is de overname. Bedrijven struinen de markt af naar andere bedrijven, om het marktaandeel te vergroten.
Die opkoopwoede moet wat meer gecontroleerd worden, vindt
het CDA. Er zijn namelijk ook wat minder leuke neveneffecten bij overnames.

Het kan, net als bij fusies, tot monopolieposities leiden. Er worden soms buitensporige bonussen bedongen door de bestuurders die de overname moeten regelen. En het gaat er soms erg rommelig aan toe: diverse partijen bemoeien zich ermee en bieden maar raak.
De voorbeelden die het CDA noemt, doen vermoeden dat er enig sentiment meespeelt. Het doet altijd een beetje pijn om nederlandse bedrijven opgekocht te zien worden door buitenlandse durfkapitalisten.

De VEB (Vereniging voor effectenbezitters) heeft al een gedragscode bij overnames opgesteld. Die tien geboden moeten, naar Engels voorbeeld, vooral de aandeelhouders beschermen. Tien regeltjes om meer invloed op het proces te krijgen.
De consument zou voldoende beschermd worden door de NMa, maar die heeft weinig invloed op het proces. Hooguit kan die een overname verbieden als er een monopoliepositie dreigt.

Nu zal er wel weer flink geklaagd worden over de voorgestelde regelgeving. Alweer een gedragscode, die een aanval pleegt op de zo geprezen vrijheid van de markt.
Behalve geklaag zal het bedrijfsleven ongetwijfeld met een voorspelbare reactie komen: okee, jullie willen regels? Laat ze dan door onszelf opstellen. Zelfregulering heet dat. Net zo modieus als de overnamekoorts zelf.

Nergens iets te lezen over positie van de echte belanghebbenden: de werknemers en directies die een bedrijf vormen. De aandeelhouders staan niet op de werkvloer. De koopjesjagers hebben geen enkel belang bij de mensen die een bedrijf maken tot wat het is.
Er is eigenlijk maar 1 gedragscode nodig en die hoeft uit niet meer dan 6 regels te bestaan.

1. Alleen directie en werknemers hebben het recht om, op grond van een gezamenlijk besluit, een voorstel tot een overname te doen.
2. De directie en werknemers van het over te nemen bedrijf hebben vetorecht bij het besluit.
3. Een overname mag alleen tot stand komen als iedereen direct werk behoudt of zonder vertraging ander werk krijgt.
4. Een overname mag niet tot salarisverlies leiden van alle betrokkenen.
5. Er worden geen bonussen verstrekt. Als tot overname is besloten, dan hoort het immers tot het werk van diegenen die de boel moeten organiseren.
6. Winstgevende bedrijven worden niet overgenomen of doen geen overnames. De boel floreert, er is dus geen enkele reden tot overnames.

Dat lijkt me genoeg, of ben ik wat vergeten?

Fusie met bijsmaakje

Vlaflip

De vlaflip is volgens mij de succesvolste fusie aller tijden. Aan alle andere fusies zit een wrang bijsmaakje. Vandaag, toch al niet de populairste werkdag, worden weer heel wat mensen geconfronteerd met dat zure recept.

In Andijk en Alblasserwaard worden informatieve avonden gehouden waar de fusie tussen gemeentes aan de orde komt. Het is nu al bekend dat de samenvoeging van het ambtenarenbestand van de gemeenten Graafstroom, Nieuw-Lekkerland en Liesveld zeker 3 miljoen euro gaat kosten.

In Brabant nemen de leden van vier lokale Rabobanken een besluit over de fusie. De Rabobank gaat door heel het land lokale banken fuseren. Deze exercitie gaat zo'n 3000 banen kosten.

En in een aantal plaatsen werd het Univee verzameld om te horen dat er ruim 1000 banen geschrapt worden bij de fusie van vier verzekeringsbedrijven. Een fusie die nodig is om in 4 jaar tijd de winst te vervijfvoudigen. Nu bedraagt die winst 51 miljoen euro. Dat moet omhoog naar 250 miljoen.

In de zorg zijn fusies al enige tijd een beeldbepalende trend. Hoewel het niet te gek moet worden. De Tweede Kamer heeft minister Vogelaar gevraagd een megafusie te stoppen van twee grote zorgorganisaties en een woningcorporatie.
Wordt daarmee de trend gevolgd die in de
telecomsector en de reclamebusiness gaande is? Daar zie je juist een flinke daling van fusies en overnames.

Het rendement van fusies is trouwens helemaal niet zo groot. Slechts 30 procent van de fusies leidt tot een hogere winst. Het leidt wel tot hogere prijzen voor de consument. En of alle mensen die hun baan bij een fusie kwijtraakten, allemaal weer ander werk hebben gevonden, daar lees of hoor je weinig over. Dat zal wel meevallen, want de werkloosheid is op dit moment erg laag en overal is een schreeuwend tekort aan personeel.

Een ander onderzoek wees uit dat slechts 1 op de 10 fusies slagen. Bovendien blijkt bij fusies ook veel geld verloren te gaan. Tussen 1995 en 2000 blijken europese bedrijven ruim 5000 miljard dollar te hebben verkwist aan fusies.

De zorgsector doet het niet beter. Ook daar draaien de meeste fusies uit op tegenvallende resultaten of soms zelfs complete mislukkingen.

Reden voor sommige deskundigen om “de politiek” op te roepen meer controle uit te oefenen. In Nederland hebben we daar de NMa voor. De Nederlandse Mededingingsautorteit. Die moet er vooral voor waken dat er niet zulke grote fusies zijn, dat organisaties een monopoliepositie op de markt krijgen. Dat zou ten nadele zijn van de consument. Niet alleen wordt dan de keuzevrijheid beperkt, ook kunnen de prijzen stijgen door gebrek aan concurrentie.

Wat was het succes van die weinige fusies die wel zijn geslaagd? Een grotere omzetgroei. Verder nog iets? Nee. Het enige motief is met kostenbesparing (nog) meer rendement te halen.

Het wordt tijd de fusiedrang aan banden te leggen. Je kunt niet altijd maar van alles bij elkaar flikkeren. In de keuken leidt dat tot produkten waar kraak noch smaak aan zit. Op “de markt” leidt het niet alleen tot herhaalde arbeidsonrust, maar ook tot onnodig verlies.

Ondernemingen die wel winst halen, maar niet zo hard groeien hoeven niet op zoek naar fusies te gaan. De boel draait goed dus waarom het risico op een eventuele mislukking nemen? Meer groei moet niet langer het zaligmakend motto zijn.

Ondernemingen die slecht draaien, met echt verlies, kun je beter sluiten. Als er geen vraag meer is naar het produkt, moet het over en uit zijn. Alleen als er sprake is van wanbeleid, moet er worden ingegrepen. De boosdoeners de laan uit sturen en een frisse doorstart mogelijk maken.
En laten we eerlijk zijn: voor een vlaflip hoef je geen complete zuivelfabrieken te fuseren. De lekkerste vlaflip maak je nog altijd zelf. De smaak bepalen wij zelf wel.