Tag archieven: gedragscode

CDA codes

Tjemp

Het gaan hele mooie Olympische Spelen worden. Het Chinese buro voor Decorum en Attitude (CDA) heeft een gedragscode voor buitenlandse toeristen opgesteld. Men verwacht kennelijk een tsunami van onsportieve hufterigheid en met 57 geboden zet CDA een offensief in om vooral normaal te doen en respectvol, hoffelijk en aardig te zijn.

Wie na de eerste gouden medailles van onze jongens en meisjes met blikken bier over straat gaat lopen lallen, kan op de harde hand van de Chinese politie rekenen en elke uiting van politiek activisme is verboden. Geen spandoeken met opruiende teksten.

De toeters en de vlaggetjes kunnen dus thuisblijven en onze trotse mascotte Tjemp zal zijn outfit moeten aanpassen, omdat oranje als protestkleur zal worden gezien.

In oktober 2006 vaardigde de chinese overheid ook een gedragscode uit. Toen bestemd voor chinese toeristen die hier op bezoek komen. Deze gedragscode zou tot aan de Olympisch Spelen gepromoot worden onder de chinese toeristen. Goed voorbeeld, doet goed volgen, moet men gedacht hebben.

En het heeft gewerkt. Thuis is het voor de chinese burger heel gewoon op straat te spugen, hier zie je ze dat nooit doen. Het irritante voordringen bij de toegang van de Keukenhof is gelukkig ook voorbij.

Je zou zeggen dat de gemiddelde chinese toerist flink de balen heeft van die staatsbemoeienis. Natuurlijk gaan ze graag op vakantie in onze streken om eens wat op te snuiven van die zo geroemde vrijheid. De gedragscode van hun eigen CDA moet een domper op de vakantievreugde zijn geweest.
Dat blijkt mee te vallen. In 2005 ondernamen de chinezen 31 miljoen reizen naar het buitenland en dat zal oplopen tot 100 miljoen in 2020. Nederland ontvangt een substantieel deel daarvan. We zullen er nauwelijks iets van merken, zo keurig gedragen de chinese toeristen zich.

Of de nieuwe gedragscode de lol van de sportieve fans beperkt, moeten we afwachten. Wie van zijn olympische reis een intense culturele uitwisseling wil maken, kan de gedragscode natuurlijk aan zijn laars lappen. Gewoon aan de chinezen laten zien hoe wij hier gewend zijn de vrijheden van supportersgedrag te manifesteren. Om vervolgens een paar dagen te logeren in een chinees staatshotel, alwaar de culinaire kwaliteiten van de gevangeniskoks beproefd kunnen worden.

Hoewel de chinese overheid niet de minste is in regelgeving, zou dat oosterse CDA eens tot een uitwisseling met ons westerse CDA moeten komen. Er zijn heel wat mensen die staatsbemoeienis erg vervelend vinden. Maar je kan het een stuk vriendelijker door de strotten krijgen, als je de boodschap op een leuke manier verpakt.
Het CDA had in 2006 hier
een campagne voor een leuker nederland. Op een inmiddels opgeheven site, kon je zelf delftsblauwe wandtegeltjes maken.
Wel, het chinese CDA kan de boodschap natuurlijk verpakken in fortune cookies, met daarin opwekkende spreuken die aanzetten tot goed sportief gedrag. Of bamboe bordjes die je thuis kan ophangen met Confusiaanse wijsheden.

Oost, west, cda-codes zijn het best.

Vergeetachtigheid

Wandtegeltje geheugenEen mens heeft zijn beperkingen en daar hoort onder andere het geheugen bij. Alles onthouden lukt niet. Maar er wordt wel meer van dat geheugen gevraagd. Dat kan leiden tot het mahsro-effect, een verschijnsel dat hier (op het oude blog) werd geïntroduceerd en volgens een slordige journalist inmiddels in ict-kringen een welbekende term zou zijn geworden.

Het mahsro-effect (mijn arme harde schijf raakt overbelast) heeft weer genadeloos toegeslagen: Meer dan een half miljoen mensen waren de afgelopen maanden hun Digid kwijt.
Vreemd eigenlijk. Hoe vaak is er niet geschreven over vergeten pincodes en wachtwoorden? Meer dan zes of zeven codes kunnen we niet uit het blote hoofd onthouden, dus waarom dachten die half miljoen mensen dat die Digid er wel bij kon?

En voor codes die uit een paar cijfers en letters bestaat zijn mischien wat truucjes te bedeken om ze beter te onthouden, maar inmiddels sterft het ook van allerlei soorten gedragscodes. Een beetje bedrijf heeft al gauw met een code of vier te maken. Tel dat erbij op en het geheel valt echt niet meer te onthouden.

Zo wilde Philips een nieuw beloningsplan voor de eigen bestuurders doorvoeren, maar was daarbij de code Tabaksblat vergeten. De aandeelhouders hebben de directie daar aan herinnerd en het plan is voorlopig van de baan. Da's dan wel weer een mooi voorbeeldje van collectief geheugen.
En bij
BCC en Daihatsu waren ze de reclamecode vergeten. Een overtreding die overigens alleen maar tot gevolg heeft dat de Reclame Code Commissie het opgespoorde geheugenverlies openbaar heeft gemaakt. Geen boete of verplichte geheugentraining opgelegd.

Een teveel aan codes kan dus tot geheugenverlies leiden. Misschien verklaart dat het enthousiasme van een aantal ondernemers voor de Classic Lady, die een sterke vermindering van codes bepleit (de regeldruk verminderen, noemde ze dat).
Ook hier is sprake van een rammelend geheugen. Is iedereen vergeten dat Classic een ijsje van Magnum is dat je wel heel snel moet oplikken omdat het anders je hemdsmouwen in lekt? En dat de Lady haar parlementaire werk de afgelopen maanden regelmatig heeft verslonsd? Om het nog niet eens te hebben over het feit dat ze een eenvoudig klusje als de was doen, niet zonder ongelukken af kan handelen.

En nu bepleit GroenLinks een nieuwe gedragscode voor de fondsenwerving voor politieke partijen. Vergeet het maar, dat wordt nooit onthouden. Zeker niet door politici die bij de waan van de dag leven. Die hebben alleen een korte termijngeheugen met dito oplossingen.

Koeiengekte-code

BiosecurityEen eenmaal op hol geslagen kudde, valt niet te stoppen? Jawel hoor, er is altijd wel een groepje dat gek wordt van die onrust en dan zichzelf tot de orde roept. In dit geval bio-wetenschappers die zichzelf, geheel vrijwillig, een gedragscode opleggen. Gisteren presenteerde de KNAW (Koninklijke Nederlandse Akademie voor Wetenschappen) de gedragscode voor Biosecurity. Die gedragscode moet voorkomen dat terroristen er vandoor gaan met de kennis die de wetenschappers zo graag publiceren.
Biosecurity is een term die tot nu toe vooral verband hield met de
bestrijding van ongedierte thuis. In de matrassen, vloerkleden, vaatdoekjes en die mooie houten balken aan het plafond zit ongedierte die een aanslag kunnen plegen op jouw gezondheid. Gelukkig zijn er bedrijven die zich specialiseren in de beveiliging tegen zulke aanslagen.
Ook wordt de biosecurity ondermijnt
door wormen. Een verschijnsel dat we wel van internet kennen. De Blackhead-worm legt echter hele kalkoenenstallen plat, maar met een paar biosecurity-maatregelen valt ook dat te voorkomen. En zo kan een verhoogde biosecurity ook de vogelpest en de gekke koeienziekte voorkomen of op zijn minst verspreiding op grote schaal tegenhouden. In dat laatste geval kan de security zelfs zo hoog worden opgeschroefd dat complete kuddes worden geruimd. “Geruimd” is een eufemisme voor genocide.
Dat wetenschappers een gedragscode nodig hebben kan ik me voorstellen. Een Willie Wortel is toch een beetje wereldvreemde figuur, die geïsoleerd in zijn laboratorium, met de beste bedoelingen, uit zit te vinden hoe het leven een stuk aangenamer gemaakt kan worden. Dat zo'n nerd minder met de veiligheid bezig is, dan wij in ons dagelijks huishouden, is niet zo vreemd.
Toch is het goed dat ook de wetenschapper wat meer stilstaat bij de veiligheid van zijn werk. Een ongeluk zit in een klein hoekje. Zo kunnen
ecosystemen gevaar lopen door wetenschappelijke expedities die hun bagage niet controleren. De wetenschappers die bos en hei afstruinen vergeten vaak het klitteband van hun outdoorkleding te controleren en voor je het weet reist er een zaadje mee die de biodiversiteit van een ander gebied in gevaar kan brengen. Er is al voorgesteld om zogenaamde biosecurity officers aan te stellen die de lading en de leden van zulke expedities nakijken.
Nu is dan eindelijk de dreiging van terreur ook doorgedrongen tot de laboratoria. Menig wetenschapper verkeerde in de veronderstelling dat een beetje terrorist te dom is om iets uit te spoken met de ingewikkelde formules en technieken waarmee bestrijdingsmiddelen, geneesmiddelen of experimentele ziekteverwekkers worden gemaakt. De gedragscode schrijft nu voor dat wetenschappelijke publicaties alleen aan de buitenwereld vertoond mogen worden als het wetenschappelijke belang groter is dan de kans op misbruik. En als het wel tot publicatie moet komen, dan moet een wetenschapper voorkomen dat er geen kant-en-klare receptuur wordt bijgeleverd, waarmee de eerste de beste huis-tuin-en-keuken terrorist aan de slag kan. Het moet tussen de wetenschappelijke oren gaan zitten dat elk nieuw geneesmiddel in principe ook een formule kan bevatten voor een biologisch wapen.
Een laboratorium kom je niet zomaar in, hoop ik als naïeve burger. Maar een publicatie komt er wel zomaar uit. En nu is dan ook die gedragscode wereldkundig gemaakt. Hetgeen er de aandacht op vestigt dat er wellicht meer mogelijkheden zijn met een paracetamolletje dan we tot nu toe voor mogelijk hielden. Dat zal ook een terrorist niet ontgaan. In de war-against-terror is er inmiddels op gewezen dat aanslagen niet alleen te verwachten vallen van naïeve, orthodoxe discipeltjes, maar dat er ook lui rondlopen met
dezelfde opleidingsgraad als elke andere wetenschapper. Vertrouw dus niet elke huisarts, wees op je hoede bij een TU-specialist met een baard.
De door terreuraanslagen op hol geslagen kudde, blijkt toch niet zomaar te stoppen. Gelukkig is daar dan het ijzersterke verdedigingsmechanisme van de vrijwillige gedragscode. Zijn we nu nog maar een paar gedragscodes verwijderd van de algehele wereldvrede, of is dit weer zo'n gedragscode die de eigen koeiengekte bevestigd?

Groffe codes

grof taalgebruikPictogrammen zijn simpele codes die een bepaalde boodschap uitbeelden. Wat betekent dit pictogram van de Kijkwijzer? Je gaat een tv-programma zien dat tot kotsen aan toe zo slecht is? Betekent het dat mannen net zo veel kletsen als vrouwen? Of wordt je gewaarschuwd dat de volgende film nauwelijks te volgen is omdat veelvuldig het vreselijke woord “spaghetti” door irritante biepjes is vervangen?
De fractievoorzitter van de SGP, de partij waar tot voor kort de goddelijke voorzienigheid had bepaald dat alleen mannen veel moeten kletsten en vrouwen er het zwijgen toe dienen te doen, had minister Plasterk gevraagd of hij nog wat gaat ondernemen tegen grof taalgebruik op televisie. Dat neemt enorm toe, tot wel
112 duizend onbetamelijke woorden vorig jaar.
Plasterk gaf te kennen dat hij ook niet vrolijk werd van krachtige bewoordingen. De in het regeerakkoord aangekondigde gedragscode voor maatschappelijk verantwoorde televisie zou volgens de SGP-voorman een mooi instrument zijn om ook het gevloek, getier en schuttingtaal uit te bannen. Plasterk moet daar nog even over nadenken.
Volgt de SGP-voorzitter de internationale ontwikkelingen niet? In Amerika mag sinds kort
weer gevloekt worden op de beeldbuis. Ook daar werden al te krasse krachttermen geteld, die vervolgens boetes konden opleveren tot 240.000 euro. Dat zat de televisiezenders niet lekker en grepen hun kans de maatregel ongedaan te maken toen ook president Bush en zijn rechterhand Cheney zich sterke woorden lieten ontvallen. Het hof van beroep stelde dat het gebruik van groffe woorden zo gebruikelijk was geworden dat het niet te doen is zulk taalgebruik van de televisie te weren.
Nou valt er, in alle toonaarden, veel te zeggen over de voorbeeldfunctie die televisie kan hebben. Ik ben dan ook zeer benieuwd wat dit kabinet onder maastchappelijk verantwoorde televisie zal verstaan. Maar een gedragscode kan nog zo gro zijn, de taal leer je op de eerste plaats thuis en op straat. Nu moeten de omroepen zich niet verschuilen achter het kul-argument dat men slechts een weergave van de alledaagse werkelijkheid presenteert. Er zijn programmmakers die het niet zullen laten die werkelijkheid uit te vergroten of met hun eigen fantasie daar het nodige aan toe te voegen. Ranzige programma's, met bijbehorend taalgebruik, genoeg. Maar is het werkelijk zo dat als er op de tv 112.000 onwelvoeglijke woorden passeren, de tv-kijker die onthoudt en opneemt in zijn/haar dagelijkse communiciatie?
Mij is dat nooit gelukt, hoewel ik in mijn jeugd altijd klaar stond met pen en blocnote als vader ging klussen in huis, om de
nieuwe woorden te leren die er uit zijn mond rolden als er wat mis ging, zoals in dit fraaie lied uit de cabaretshow Interieur (Neerlands Hoop, 1977).

Maai-codes

Wie in het gelukkige bezit is van een tuintje met een vijver, weet hoe moeilijk de waterschappen het kunnen hebben. Al was het alleen maar omdat de grote waternavel zo snel groeit, dat dat menig plas of sloot overwoekert dreigt te raken. Met nadelige gevolgen voor het zuurstofgehalte in het water of zelfs verstoppingen bij gemalen. Wie ooit het exotische plantje bij het tuincentrum heeft gekocht en nu het explosief gegroeide spul uit de vijver vist en in een naburige sloot kiepert, moet er eens bij stil staan wat een schade zo aan het waterbeheer wordt toegebracht. Denk toch eens na als u de natuur in huis en tuin haalt!
De waterschappen moeten er voor zorgen dat alles in de polder een beetje rimpelloos verloopt, zodat we schoon water hebben en geen wateroverlast krijgen bij het eerste de beste buitje. Het waterschap moet er ook voor zorgen dat alles wat groeit en bloeit zo op elkaar is afgestemd dat wij droge voeten houden en toch de natuurlijke biodiversiteit in stand wordt gehouden. Dat mag wat kosten, dus betaal alsjeblieft uw waterschapbelasting op tijd, want we hebben niks aan een failliet waterschap.
Nederland zou Nederland niet zijn als ook waterschappen zich aan gedragscodes hebben te houden. Men heeft zich bijvoorbeeld bij het maaien van dijken en slootkanten aan de Flora- en faunawet te houden, die bepaalt dat er tussen 15 maart en 15 juli niet gemaaid mag worden om broedende vogels te beschermen. Nu kan men voor bepaalde wetten altijd weer ontheffingen krijgen en dat heeft in Zeeland geleid tot ruzie tussen natuurliefhebbers en het waterschap aldaar. Het waterschap is toch met maaien begonnen en de maaimachines zouden menig nest met eieren aangezien hebben voor een graspol dat met de grond gelijk gemaakt diende te worden. Een lokale natuurverdediger heeft daar bezwaar tegen gemaakt. Het waterschap Zeeland stelt echter dat er wel degelijk zorgvuldig wordt gemaaid. Volgens een gedragscode die voorschrijft dat het te maaien terrein eerst goed wordt nagekeken en de aanwezige broedplaatsen goed te markeren. Daar mag de maaimachine dan niet overheen. De zeeuwse natuurliefhebber zegt dat daar niks van terecht komt en treft overal verwoeste eieren aan. Tja, het waterschap Zeeland had natuurlijk een voorbeeld kunnen nemen aan de collega''s in Brabant. Die slaan hele stukken land over en maaien het op een beter geschikt tijdstip.
Maar een nog mooier voorbeeld biedt het waterschap in Friesland. Die zetten een alternatieve maaimachine in: het schaap. Een schaap vreet geen eieren. En een vogel wordt niet meer opgeschrikt door het gebrul van de maaimachine-motoren. Het waterschap ziet ook een heel praktisch voordeel. Schapen kunnen veel makkelijker op plekken komen, waar machines niet bij kunnen en zo is het noodzakelijke onderhoud toch gegarandeerd. Niet iedereen vindt het een prachtige oplossing, want het beest vreet ook planten weg waar de boeren last van hebben maar die de oprechte natuurliefhebber liever ziet blijven staan.
Dieren als grasmaaiers. Het komt op meer plekken voor in Nederland en u kunt ze binnenkort ook midden in de stad aantreffen. In Groningen zwerven schaapskuddes door de stad om bermen kort te houden. Geen benzineslurpende grasmaaiers meer en tegelijkertijd een heel natuurlijk manier de bermen van mest te voorzien en de biodiversiteit in stand te houden. Natuurbeheer met natuurlijke middelen en een impuls voor de herinvoering van een oud beroep: de schaapsherder. Innovatie hoeft niet altijd te betekenen dat we nieuwe machines moeten uitvinden.
Uw tuin is waarschijnlijk te klein om een schaapskudde uw gazonnetje bij te laten houden. In dat geval kunt u wel een prachtig stukje innovatie aanschaffen: de solar maaier. Een machientje die zijn energie verkrijgt met een zonnepaneeltje. Zodra de zon schijnt scharrelt het ding over uw grasperk. Alleen waar het hoog gras detecteert, maait het wat sprietjes weg. Het ding lijkt een beetje op een mechanische schaap, maar is veel slimmer. Het laat de plantjes met rust. Het is dus misschien een soort schaap waar de natuurliefhebbers in Friesland wel mee kunnen leven.
Schapen of solar maaiers: er zijn dus nog wel andere oplossingen dan gedragscodes voor het maai-beleid.