Tag archieven: TNO

Je baas en je leefstijl

Je baas en je leefstijl

Bemoeit je baas zich al met je leefstijl? Vraagt hij je meer te bewegen en met de fiets naar je werk te vliegen? Het roken te laten en te matigen met drinken? Van de kroketten af te blijven?

Als dat nog niet zo is, dan komt dat vanzelf wel. Want gezondheidsbevordering is niet alleen van groot individueel belang, ook sociaaleconomisch valt er veel winst te behalen. Aldus de SER (Sociaal Economische Raad) in een ontwerpadvies over preventiebeleid in arbeidsorganisaties.

Een goede gezondheid, stelt de SER, vergroot de kans op een lang leven van goede kwaliteit. Dat niet alleen, het vergroot ook de kans op duurzame arbeidsdeelname en maatschappelijke participatie.
Kijk, veel vliegen in één klap. Niks miezerig, ziek, zwak en misselijk achter de geraniums op je oude dag, maar vitaal aan het werk. Iedereen blij.

Nieuwe wet- en regelgeving om prikkels voor gezondheidsbevordering af te dwingen zijn niet nodig, vindt de SER, want “initiatieven voor preventiebeleid ontstaan al vanzelf binnen de ondernemingen”. En daar geeft de SER groot gelijk in.

Bedrijven kunnen bij TNO de leefstijlscan bestellen. “Voor uw werknemers een persoonlijk advies op maat, voor uw organisatie een groepsrapportage”, zo propageert TNO de scan.
Als dan blijkt dat er nodig wat aan de fitheid gedaan moet worden bestelt de baas een of meer van de
vier kansrijke interventies die het NISB in de aanbieding heeft: lunchwandelen, fietsen scoort, de coach-methode (een individuele begeleidingsmethode die te-weinig-actieve werknemers meer laat bewegen) of bedrijfssport.

In een (pdf!)document van Vitaal in Praktijk wordt het rioolbedrijf Waternet in Amsterdam aangehaald, waar bij functioneringsgesprekken een eventuele ongezonde leefstijl aan de orde kan komen als het ziekteverzuim aan de hoge kant blijkt. “We mogen niemand iets opdringen”, zegt een functionaris van Waternet, “maar als privégewoonten het werk raken, vind ik dat we als werkgever er alles aan moeten doen om tot een oplossing te komen”.

Uiteraard benoemen SER, TNO en Waternet de verantwoordelijkheden van de wekgever ook. De arbeidsomstandigheden mogen de gezondheid ook niet in de weg zitten, maar al snel wordt een gezond assortiment in de bedrijfskantine als lichtend voorbeeld gegeven en lees je nergens iets over ziekmakende gebouwen en apparatuur.

Het lijkt me allemaal heel logisch. Een gezonde werknemer rendeert veel beter dan een zieke. En een fit mens zal ongetwijfeld veel beter belastend werk aankunnen, wat voor de werknemers zelf ook wel zo prettig is. Als je ziek wordt door je werk, kun je van je vrije tijd ook niet zoveel genieten.
Maar de nadruk ligt toch vooral op de individuele verantwoordelijkheid van de werknemers. Een houding die misschien wel voortkomt uit de idealistische opvatting: verbeter de wereld, begin bij jezelf. Hier dus vertaald in: de burger moet aan zijn eigen gezondheid werken, want hij moet langer werken. Da's goed voor de economie en dus goed voor ons allemaal.

Een en ander wordt gemotiveerd door te wijzen op de gigantische kosten van de gezondheidszorg en de mogelijke groei daarvan dankzij de vergrijzing.
Nu heb ik misschien niet genoeg rondgekeken, maar ik ben nog geen cijfers tegengekomen die laten zien wat het oplevert als je eerst investeert in het wegwerken van alle ongezonde factoren in de arbeid zelf. Ploegendiensten, gebouwen met een slecht klimaat, stressfactoren, schadelijke stoffen, te lang achter de computer, werkdruk door onderbezetting, slechte koffie en een zanikende baas.

En wat de vergrijzing betreft: met de ouderdom komen hoe dan ook gebreken. Is al ingecalculeerd hoeveel ziekteverzuim er bespaard kan worden als niet iedereen tot zijn 67e of langer moet doorwerken?
Misschien zijn er wel cijfers over, maar worden ze niet gepubliceerd? Of wordt de moeite niet genomen dat eens te berekenen? Wie daar meer van weet, mag het me zeggen. Graag zelfs.

Ondertussen aan de lezers hier de vraag: mag jouw baas zich met jouw leefstijl bemoeien? En zo ja, hoever mag je baas daar dan in gaan?

Kans van slagen.

Toon initiatief, neem je eigen verantwoordelijkheid, zit niet stil maar onderneem actie, je hebt je eigen succes zelf in de hand, als je wilt slagen in het leven moet je niet bang zijn wat te doen.

Allemaal slogans uit boeken, kursussen en trainingen die je willen helpen bij je persoonlijke ontwikkeling. Het komt er allemaal op neer dat je je lot zelf bepaalt. Je kans van slagen hangt helemaal van jezelf af.
Dat geldt echter niet voor initiatiefrijke, zelfverantwoordelijke, ondernemende immigranten die het succes zelf in de hand willen hebben en absloluut niet bang zijn om daarvoor het nodige te doen.
Zulke immigranten hadden eerst zo''n 90 procent kans van slagen maar dat wordt een stuk minder dankzij minister van Intergatie, mevrouw Vogelaar. Ook al blijkt uit onderzoek van TNO en een onderzoekscommissie dat de examens van de inburgeringstoets in orde zijn, meent de minister dat het slagingspercentage omlaag moet. De examens worden zwaarder gemaakt. Dat is heus niet om die mensen dwars te zitten hoor, zegt de minister. Ze moeten nu alleen meer hun best doen.
Nou, daar kun je op rekenen. Want mensen die de ondernemingszin en durf hebben om elders een betere toekomst te zoeken, omdat die in eigen land om allerlei redenen niet voor het grijpen ligt, zullen zeker hun best doen. En als dan blijkt dat misschien wel 80 procent slaagt, moet de minister weer iets anders verzinnen om de stroom gelukszoekers in te dammen.
Want we gaan natuurlijk niet de welvaart spreiden. We zijn er na eeuwen kolonialisme en jaren schulden kwekende ontwikkelingshulp prima in geslaagd ons een welvarende samenleving toe te eigenen. Dat is ons succes. Die welvaart gaan we niet delen.
En dus zal voortaan een beetje immigrant een zwaardere taaltoets voor de kiezen krijgen. Dat kan anders, mevrouw Vogelaar! Ga eens praten met uw collega Plasterk. Misschien krijgt u hem wel zo gek dat-ie pabostudenten stage laat lopen op inburgeringsscholen. Dan hoeft die taaltoets helemaal niet zwaarder gemaakt te worden. Want tweederde van die studenten slaagt niet eens voor een taaltoets die voor het basisonderwijs is bedoeld. Als aspirant-nederlanders van die studenten les krijgen, bent u gegarandeerd van een lager slagingspercentage. Succes verzekerd!