Tag archieven: topsalarissen

Maatschappelijk verantwoorde bonussen

Maatschappelijk verantwoorde bonussen Nu er, gedwongen door de crisisperikelen, het idee dat sommige bonussen flink ontspoord zijn omgezet wordt in een wat voorzichtiger praktijk, doen diverse bedrijven toch pogingen de bonussen overeind te houden.
Tussen geleuter over “eenmaal gemaakte afspraken” of “ze vluchten naar het buitenland”, waarmee soms wordt verantwoord wordt waarom de bonussen toch nog aan de hoge kant blijven, zit ineens een hele mooie. De maatschappelijk verantwoorde bonus.

Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) is tegenwoordig de smeerolie waarmee bedrijven in de markt willen blijven en klanten aan hen willen binden. De voorzitter van de Nederlandse Spoorwegen weet dat zijn bedrijf klanten kan verliezen als winterse grillen de dienstverlening verstoren. Hij gaat over het spoor en niet over het weer, dus hij zou best zijn bonus kunnen houden.

Maar nee, de NS-voorzitter maakt zijn bonus (71 duizend euro) over
naar de slachtoffers in Haïti. Kijk, wie zou nu nog bezwaar kunnen hebben tegen die bonus?
Ik heb eerder wel eens betoogd dat veel te hoge bonussen geld onttrekken aan de samenleving. De NS-voorzitter stort het terug naar een door hem aangewezen goed doel.

In de MVO-codes zou dat voorbeeld opgenomen moeten worden. Het solidariteitsprincipe van de bonus. Geld verdienen en dat weer maatschappelijk verantwoord investeren.
De ING kan ineens een jofele bank worden en de 520 miljoen aan extra beloning overmaken naar minister Koenders, om het te verwachten bezuinigingsleed op te vangen.

Zou een maatschappelijk verantwoorde bonus wereldwijd geaccepteerd kunnen worden door het publiek?

Rekenfout in salarissen woningcorporaties?

Rekenfout in salarissen woningcorporaties Het ligt niet aan de rekenboekjes, het ligt aan de meesters en juffen dat er zo belabberd wordt gerekend in Nederland.
Klopt! We nemen elkaar vaak de maat, maar zelden correct. Om maar eens een voorbeeldje van realistisch rekenen te geven.

De kritiek op die methode kan naar de prullenbak,
volgens de KNAW (Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen). Of de kindertjes nou realistisch rekenen of traditioneel rekenen krijgen, het maakt niet uit voor het bereikte nivo. Eerder moet het didactisch peil van het onderwijzend personeel een worden nagecalculeerd.

Okee, roept het ministerie van Onderwijs, reken er maar op dat we dat zullen doen. De volgende onderwijshervorming staat in de steigers. De
Pabo gaat verbouwd worden, volgens staatssecretaris Bijsterveld. Haar collega Dijksma vindt, ondanks de conclusie van de KNAW, het realistisch rekenen wel erg dominant aanwezig in het rekenonderwijs. Door een andere berekening van de geldstromen toe te passen, wil ze andere methoden evenveel kans geven.

Afijn, er wordt al jaren beroerd gerekend. Een case uit de dagelijkse praktijk”de salarissen van directies en besturen van woningcorporaties. Even goed opletten allemaal, want het wordt nu best lastig tellen.

De VTW (Vereniging Toezichthouders Woningcorporaties) en Aedes (vereniging van woningcorporaties) zeggen
in een persbericht dat bijna driekwart van de bestuurders zich aan de eigen salariscode houdt en een kwart toch nog een te hoge beloning krijgt.
Een kwart, da’s 25%. Bijna driekwart is (gokje) 74,9%. Over de resterende 0,1% valt verder niets te lezen.

In de pers komen we de volgende rekenkundige interpretaties tegen.
De NOS zegt dat ruim 30% zich niet aan de salariscode houdt. Het NRC stelt dat 1 op de 8 bestuurders meer dan de Balkenendenorm toucheerde. Da’s dus 12,5%.
Blijven opletten, ja?! Ook daar achter in de klas!

Het NRC wijst op een brief van minister Van der Laan, die vindt dat de salarissen boventrendmatig zijn gestegen. De Balkenendenorm van 181.000 euro vindt hij meer dan genoeg.
Het NRC wijst op het rapport van de VTW en Aedes, die bij hun onderzoek de Izeboudnorm van 232.000 euro als uitgangspunt namen. Ofwel: 51.000 euro meer dan de Balkenendenorm.
Opgave 1: in het NRC-artikel staat: “een directeur van een kleine corporatie kan dus minder dan de Balkenendenorm verdienen, maar wel boven de Izeboudnorm uitkomen”.
Okee, neem allemaal pen en papier en reken eens uit hoe dat kan.

Tweede opgave: In
het VTW-rapport (pdf!) staat dat 34% van de directeuren en 47% van de toezichthouders meer verdienen dan de bovengrens van hun eigen branchenorm. Van alle bestuurders zat gemiddeld 34% boven die norm.
Reken uit waarom de NOS op 30% komt en de NRC op 12,5%.

Het zouden zomaar twee voorbeelden kunnen zijn uit de methode realistisch rekenen. Ik geloof dat ik toch maar aan traditioneel rekenen vasthou. Eén plus één is twee en kan nooit drie of meer zijn. Een rekenmethode die heel wat crisis had kunnen voorkomen.

Opm: uw redacteur heeft niet meer dan Pabo op zak, Onvolkomenheden in de rekenopgaven zijn daarmee verklaard.

Wet beloning topfunctionarissen

Wet beloning topfunctionarissen Tot 23 november kun je je bemoeien met de beloning van topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector. Minister Ter Horst heeft het wetsontwerp op internet gegooid en op internetconsultatie kun je reageren (zie ook het persbericht).

Natuurlijk gelijk gekeken in
het wetsontwerp (pdf!) wat ministers, burgemeesters, directeuren van ziekenhuizen en energiebedrijven mogen verdienen: niet meer dan de Balkenende norm.

In artikel 2.2 staat het allemaal beschreven. Het daadwerkelijke loon mag hoogstens € 181.773 zijn. Een weekloon van bijna 3500 euro.
Daar komt een maximale en belastbare onkostenvergoeding bij van € 15.685 (ruim 300 euro per week) en een verhoging voor de pensioenbijdrage van € 28.771 (wekelijks 533 euro).
Een totaal van € 226.229 ofwel een weekgage van 4350 euro.

De artikelen 2.3 tot en met 2.5 geven wel ruimte de normering te verhogen. Onder andere als “de bijzondere arbeidsmarktomstandigheden een hoger bedrag rechtvaardigen”.
De minister kan tot zo'n verhoging besluiten, mits dat “in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad” is.
Waarmee de topsalarissen onderwerp van ’s lands politieke grillen kunnen worden.

Topambtenaar Roel Dekker liet eerder weten dat
onverstandig te vinden. Jawel, het salaris van een minister-president mag door een politiek besluit tot stand komen, maar dat moet je niet toepassen bij ambtenaren en functionarissen in de publieke sector. Je moet geen politieke norm introduceren in professioneel gebied. Beter lijkt het Roel Dekker de ambtenaren naar prestatie te belonen.
Lijkt mij ook prima van toepassing op de salarissen van ministers en Kamerleden.

Ook wordt in bepaalde kringen gevreesd dat de nieuwe norm geschikte kandidaten voor topfuncties zal afschrikken. Dan zou je dus dubbel armoe in topsferen krijgen: onbekwame functionarissen die voor een fooi moeten werken.

Welke argumenten je ook hebt om voor of tegen deze wet te zijn, je kunt ze nu dus kwijt via internetconsultatie. Laat hier weten of je daar gebruik van gaat maken en zo ja, wat heb je daar aan reacties hebt achter gelaten?