Tag archieven: werkloosheid

Alcholvrije jeugd in de polder


Schoolfeesten zonder alcohol

Schooldirecteur: “We houden sinds vorig jaar de lerarenkamer stevig op slot. U begrijpt, dat helpt enorm”.

VWA zet jongeren in bij alcoholcontrole

Leraar kunstzinninge vorming: “De VWA noemt ons schoolfeest een evenement omdat we Gerard Joling hadden ingehuurd. Onbegrijpelijk!”

Groene thee tegen aids

Leraar biologie: “Bovendien verkopen we alleen nog groene thee. Twee vliegen in één klap: afgelopen met die breezerseks en het schoolfonds blijft gevuld”.

Polikliniek liefdesverdriet

Schoolarts: “Verder maakt het weinig verschil. Met alcohol op durven de leerlingen te veel en dat maakte meer kapot dan ze lief was. Met die thee durven ze niks meer en dat smoort menig kalverliefde in de knop”.

Werkloze jongeren naar de zorg

Vakbonder: “We trekken dat plan weer in. De poli-klinieken voor comazuipers hebben geen klandizie meer, dus is er gewoon te weinig werk”.

Discrimigratienota's

Discrimigratienota's

Hoe hou je de samenleving bij elkaar? Door met nota's te komen die de gemeenschap uit elkaar drijft.
De gisteren op het PvdA-congres aangenomen integratienota is één van de vele stukken waarin bepaalde problemen op het bordje van een select deel der bevolking worden gelegd.

Het riekt daarbij stevig naar discriminatie. Dat mag natuurlijk niet worden gezegd. Maar werkloosheid, klederdracht, taalproblemen en vervelende jeugd zijn geen issues die uitsluitend behoren tot de kenmerken van groepen mensen, wiens stamboom buiten onze grenzen ligt.

Dat politici immigranten als probleem op hun agenda zetten is niet nieuw.
Begin 50'er jaren stelde PvdA'er Schilthuis al vragen over de 'velen Indo's of Euro-Aziaten'. Hij meende dat zij ' geknipt zijn voor emigratie naar tropische gebieden'. Die 'velen' waren zo'n 250.000 Nederlanders met één Nederlands paspoort, afkomstig uit Indonesië.
Niet alleen de PvdA, ook de christelijke partijen vonden dat we die medelanders beter kwijt dan rijk konden zijn (met dank aan Martin Roos, die in een
discussie hier deze informatie gaf).

In een analyse van politieke debatten na 1945, over nationaliteit, toelating en integratie/inburgering, stelde onderzoeker G. Jones de vraag of het formele Nederlanderschap van Indische, Surinaamse, Molukse en Antilliaanse Nederlanders voor politici voldoende was om die mensen ook als lid van het Nederlandse volk te beschouwen.
Terugkijkend op de debatten over ex-koloniale medelanders, concludeert Jones dat de discussies zich herhalen, nu gefocused op burgers met Marokkaanse wortels (zie ook
deze samenvatting).

Natuurlijk duurt het even voor immigranten en reeds aanwezige burgers aan elkaar gewend raken. Maar dat proces kunnen burgers heel goed zelf aan. Zodra een politicus het tot onderwerp maakt, wordt een menselijk proces ineens een maatschappelijk probleem, met het risico dat burgers het problematischer gaan zien dan nodig is.
En waarom, als de gewenning soms wat stroef gaat, de verantwoordelijkheid alleen bij de immigranten leggen? Waarom nu nieuwkomers proberen te persen in de normen en waarden van de met spruitjeslucht doordesemde benauwdheid van de 50'er jaren?

Zeker, er zijn jongeren die zich uitermate vervelend gedragen. Ook dat is van alle dag. Van nozems, wiens subcultuur als irritant werd gezien, tot hippies die door matrozen van de Dam werden geranseld, om van overwegend jonge voetbalvandalen en skinheads maar te zwijgen.
Hele studies naar jeugd en generatiekloven hebben niet kunnen voorkomen dat jongeren aan comazuipen doen of met oud en nieuw de beest uithangen.

En jawel, de werkloosheid is onder bepaalde groepen mensen groter dan onder andere groepen. Maar waarom mag een autochtone burger schoffelwerk weigeren en een allochtone burger de werkzaamheden accepteren waar velen de neus voor ophalen?

Dat er problemen zijn die blijkbaar moeilijk de wereld uit te helpen zijn, is heel vervelend. Maar onderzoek dan eerst eens waarom het probleemoplossend vermogen tekort schiet. Met nota's die de problemen uitsluitend in de schoot van een deel van de bevolking leggen, creëert men een probleem erbij.

Inburgeren bij het leger

Inburgeren bij het leger

Het Amerikaanse leger gaat wellicht een dubbele rol spelen bij problemen rond immigratie.

In 2006 werd de grens met Mexico versterkt met een gigantisch hek en werd de grenspolitie bijgestaan door de Nationale Garde om illegale immigranten tegen te houden.
Daar was niet iedereen het mee eens omdat de troepen al zo zwaar belast waren met de oorlog in Irak. George Bush wilde tegelijkertijd de illegale immigranten die het wel gelukt was binnen te komen, een kans bieden het Amerikaanse staatsburgerschap te verwerven.

Die kans lijkt nu groter te worden. Hoeveel van die immigranten sindsdien een “green card” (tijdelijke verblijfsvergunning) hebben gekregen, weet ik niet, maar voor hen doemt een nieuwe mogelijkheid op, definitief in te burgeren in het land van onbeperkte kansen.

Het leger wil meer immigranten werven, aldus de New York Times. Tijdelijke immigranten die opgenomen worden in Uncle Sam's troepen, kunnen zo binnen een half jaar het Amerikaanse staatsburgerschap verwerven. Het leger hoopt zo op een snelle manier het personeelstekort weg te werken, dat door de activiteiten in Irak en Afghanistan is ontstaan.

De afdeling rekrutering is daar heel positief over, want ze verwachten dat deze doelgroep meer onderwijs, beheersing van vreemde talen en specifieke expertise op gebied van medische zorg, vertaalwerk en terreinverkenning heeft, dan menig geboren en getogen Amerikaan.

Grenswacht en werkgever. En het leger als instrument om de inburgering op gang te helpen? Je ziet Eberhard van der Laan al aanschuiven bij Eimert van Middelkoop. “Zeg Eimert, leuke wervingsspotjes met dat geschikt-ongeschikt. Nu zat ik zo eens te denken….”

Eén probleempje moet dan nog wel worden weggewerkt. In Amerika gaat het niet altijd even goed met de mannen en vrouwen die in den vreemde dienst hebben gedaan en terugkeren in de burgermaatschappij. Geschikt als soldaat, ongeschikt als burger. Niet alleen door trauma's die in diensttijd zijn opgelopen, ook omdat er niet voor iedereen meteen een baan is of men moeite heeft zich los te weken van de legercultuur en zich aan te passen aan die van het leven van alle dag.
Tegenover “inburgeren in het leger”, mag dan wel een “uitsoldaten in de samenleving” staan.

Het menselijk tekort

Het menselijk tekort

Het menselijk tekort is groot. Dat kan komen door een gebrek aan handen, gebrek aan kennis of gebrek aan motivatie. Er zijn te weinig collectanten voor de dierenbescherming, veel te weinig goed opgeleide computernerds en in de zorg verlaat men zwaar gefrustreerd de werkvloer.

Het menselijk tekort kan ook veroorzaakt worden door een teveel aan wat anders. Er liggen opdrachten zat in de bouw en nu heeft men daar handen tekort. Meer mensen willen de synagoge van binnen kennen en zo zijn er ineens rabbijnen tekort. En Defensie gaat steeds vaker in het offensief over de grenzen. Maar dat motiveert maar weinigen zich aan te melden en nu heeft Defensie 7000 man/vrouw tekort.

Het is maar een greep uit het menselijk tekort. Wat overigens een zeer relatief tekort is. Musea en bioscopen hebben te weinig personeel, maar kunnen de boel wel draaiende houden door uitzendkrachten in te zetten. Die zijn er dus wel, maar waarom willen die geen vaste baan bij het Spoorwegmuseum of als kaartjesscheurder bij het Filmhuis?

De vergrijzing is de boosdoener. Dat hoor je steeds vaker. Maar ja, als slechts 13 procent van de werkgevers meent dat de 45-plusser geen serieuze kandidaat voor al die vacatures is, dan kun je rustig wachten tot heel het land is vergrijst, maar je houdt geen werknemer meer over.

In de bloemenhandel zijn ze wijzer. Bloemen houden van mensen en de gemiddelde tulp maakt het niet uit of iemand 18 of 50 is. Sterker nog, de bloemisten hebben inmiddels ervaring met oudere werknemers en zijn laaiend enthousiast.

Daar moeten ze niet in doorslaan, want ook jongeren hebben recht op werk. Waar halen ze anders het geld vandaan om in het weekend de bloemetjes buiten te zetten.

Bovendien missen ze dan de kans om promoteams van het bouwbedrijf tegen te komen. Die gaan evenementen langs om de bouw in het zonnetje te zetten. Hartstikke leuk werk en goed verdienen.

In de zorg heeft het personeel zelf een oplossing gevonden. Gefrustreerd weglopen en voor zichzelf beginnen. Natuurlijk tegen een betere prijs, maar dan zijn ze wel weer o duur dat tehuizen een beroep moeten doen op allerlei onervaren leiden en uitzendkrachten met alle wantoestanden van dien.

De gezamenlijke werknemers weten wel een betere oplossing. Gewoon een langere werkweek en geen deeltijdwerkers meer.

Ja, maar dat willen veel mensen nou niet. De RWI (Raad voor Werk en Inkomen) had ontdekt dat veel mensen graag een baan van minimaal 12 of maximaal 35 uur per week willen hebben. Dat vinden de werkgevers veel te duur . Net zoals 45-plussers te duur worden gevonden. Hoe lang moet die werkweek straks dan wel worden als je alleen maar 18 tot 40 jarigen wilt aannemen? Als je in die groep nog mensen vindt die bereid zijn langer dan 35 uur te werken. Zo creëer je een ombenut arbeidspotentieel.

Gewoon volhouden met die deeltijdwens, mensen. Op dit moment moeten de werkgevers wel deeltijders aannemen. De laatste cijfers van CBS tonen aan dat het aantal deeltijders weer harder is gegroeid, dus ze worden heus wel aangenomen.

Ook veel gedeeltelijk arbeidsongeschikten en mensen met een of ander handicap willen graag werken. Maar de reïntegratieprojecten presteren vooralsnog te weinig. Dat ligt niet zozeer aan die projecten, hoewel er best wel wat verbeterd kan worden. Maar zolang werkgevers gesubsidieerde werknemers maar geen vaste aanstelling geven en de overheid dat op zijn beloop laat, schiet het natuurlijk niet op.

Maar goed er staan nog 240 duizend vacatures open. Er zijn 308 duizend werklozen, dus waarom die vacatures niet gevuld worden, blijft een raadsel.

Naar een toekomst zonder werk

Robot

Ik wou dat ik een vulkaan was. Lekker op mijn rug liggen roken en iedereen zegt: Kijk, hij werkt!

Maar ledigheid is des duivels oorkussen. Dat moeten we niet willen. De toekomst is geen luilekkerland, waar de gebraden kippetjes zo je mond invliegen. Nee, de commissie Bakker wil naar een toekomst die werkt. En in die toekomst is iedereen aan het werk. Geen werkloosheid meer en langer werken. Langer in jaren en langer per dag.

De politiek vroeg de commissie Bakker zich over het ontslagrecht te buigen en het resultaat is verbluffend: niks ontslagrecht. Er wordt niemand ontslagen want alle handen zijn nodig om onze welvaart op peil te houden. Dus werkgevers die iemand ontslaan draaien voor de kosten op om de ontslagene aan een andere baan te helpen. Werknemers die het als hoogste ideaal zien om in part time baantjes tot pakweg hun vijftigste te werken zullen raar opkijken, want zulk werk is er straks niet meer. Arbeid is werk, dus een arbeidersparadijs is een wereld waarin veel, lang en hard wordt gewerkt.

Het streven naar een lang en gelukkig leven, in zo groot mogelijke ledigheid, dreigt nu als een boemerang tegen ons te keren. We leven eindelijk wat langer, in een relatief grotere gezondheid, maar nu wordt het toch te grijs. De commissie Bakker komt daarom met een visionair, alles omvattend rapport met een veelzijdig aanbod aan oplossingen om een noodlottige toekomst het hoofd te bieden.

Een volledige werkgelegenheid is één van de speerpunten uit dat rapport. Los van de argumenten die hier en daar zijn aangevoerd om aan te tonen dat er geen werk voor iedereen is, kan ook op een andere manier naar de wil tot werk gekeken worden.

In de geschiedenis van de arbeid stond tot nu toe centraal dat meer werk, in de kortst mogelijke tijd door minder mensen gedaan zou moeten worden. Dankzij de lopende band en geautomatiseerde productieprocessen is dat aardig gelukt. Voordelen: de efficiëntie van het werk wordt vergroot en veel vervelend of smerig, ongezond werk is door machines overgenomen.

In alle plannetjes voor een volledige werkgelegenheid, valt weinig tot niets te lezen over de mogelijkheden die hedendaagse en toekomstige technologie kan bieden om de dreigende problemen op te lossen. Arbeid adelt is nog steeds de onderliggende filosofie. De commissie Bakker ziet ook slechts heil in werk door mensen. Nergens een visie over de mogelijkheden van technologie en automatisering. Wel plannen om de zorg betaalbaar te krijgen (later met pensioen, zelf meebetalen aan je eigen AOW) en meer mensen aan het werk in de zorg (langer werken, geen deeltijdbaantjes), maar geen enkel idee of dat werk ook op een andere manier kan worden gedaan.

In landen als Japan en Korea ziet men wel mogelijkheden in technologische hulp. In Zuid-Korea is vorig jaar een experiment gestart met huishoudrobots. Duizend huishoudens en veertig kinderopvangcentra kregen geautomatiseerde hulpjes in huis. En in Japan worden robots ingezet om de eenzaamheid onder ouderen te verlichten. Robots worden gezien als een substantiële bijdrage om problemen rond de vergrijzing aan te pakken.

Waarom ontbreekt die invalshoek in plannen van commissies als die van meneer Bakker of “sociale plannen” zoals mevrouw Hamer (PvdA) die lanceerde? Waarom staat het streven naar een werkloos luilekkerland niet centraal?

Het zal toch niet de calvinistische zienswijze zijn dat het paradijs niet op aarde te vinden is, maar na een arbeidzaam leven in de hemel op ons wacht?

(Het “ik wou dat ik een vulkaan was…” is gejat uit een voorstelling van het ooit roemruchte cabaretduo Neerlands Hoop).

Eenmaal werkt een ieder

Eenmaal werkt iederEn wij klagen niet / eenmaal werkt ieder!

Soms vraag je je af of sommige politici wel van deze tijd zijn.
Balkenende meent dat
het volk mort en mevrouw Hamer komt met een plan voor werk en werkgelegenheid.
Alsof het de 30'er jaren is, waar het werkloos volk zucht en steunt en een sociaal plan ons uit de misère moet halen.

Als je in de 30'er jaren al een stuiver over had, ging je naar de film en kwam je weer opgevrolijkt de bioscoop uit als je bijvoorbeeld “Der Blonde Traum” (1932) had gezien. Een film waarin twee armoedige glazenwassers er van dromen een welgestelde blondine aan de haak te slaan. Opbeurende boodschap: waar een wil is, is een weg.

That's the spirit! En zo wil Balkenende het ook. En mevrouw Hamer meent even vrolijk iedereen aan het werk te kunnen krijgen. Arbeid adelt immers?
Hamer wil met één regeling alle bestaande regelingen vervangen, om mensen aan het werk te “helpen”. Er zou nu een wirwar aan re-integratie projecten zijn, te veel verschil tussen de ene en de andere werkloze gemaakt worden en de werkgevers hebben het er maar moeilijk mee. Het moet allemaal makkelijker kunnen en daardoor ook beter betaalbaar.
Slaat zij hier de spijker op de kop? Absoluut niet. Mevrouw Hamer slaat de plank volledig mis.

1. De werkloosheid is nog nooit zo laag geweest. Er is dus zeker geen sprake van een gigantische crisis. Of de boel dus een dure reorganisatie moet ondergaan, is nog maar de vraag.

2. In 2003 zaten er ruim 170.000 mensen in één van de vier re-integratie regelingen.
In 2007 meldde het CBS dat ruim 80 procent van de instromers in die regelingen er binnen een half jaar ook weer uit waren.
In combinatie met een strenger regime bij de sociale diensten, blijken die re-integratie projecten dus redelijk succesvol.

De overheid en werkgevers zijn wel slordig omgegaan met sommige regelingen, zoals de ID-banen.
Uitermate wrang voorbeeld: op mijn werk zijn 3 ID-collega's die vier jaar lang gesubsidieerd aan het lijntje zijn gehouden. Geen vaste aanstelling na een jaar en in 2009 vliegen ze er definitief uit.
De overheid heeft verzuimd de werkgever te corrigeren als die de bedoeling van die regeling niet toepaste. De werkgever vond het wel best zo, maar vertikt het de mensen aan te nemen nu de subsidies worden stopgezet.

3. Er is geen werk voor iedereen.
Het bedrijfsleven klaagt dat de vele vacatures zo moeilijk zijn op te vullen. Nu zou je zeggen dat de huidige 326.000 werklozen morgen dus aan de slag kunnen zijn. Maar zo werkt dat niet.
De meesten zijn binnenkort aan het werk om uw rommel op te ruimen. Ze vegen de straat, ze knappen uw afgedankte meubels op bij spullenhulp of wassen de koffiekopjes af die u heeft achter gelaten op de nieuwjaarsreceptie van uw gemeente.
Allemaal werk dat ook gedaan moet worden. Er zijn echter weinig mensen die dit een glanzende carrière vinden. Dus is dit werk bestemd voor mensen die, om een complex aan redenen, niet worden aangenomen op de wijd en zijd openstaande vacatures.

4. Er is, nogmaals, geen werk voor iedereen.
Ook al is er sprake van groei, zodra die wat lager uitvalt slaan bedrijven aan het fuseren en reorganiseren en dumpen een deel van hun werknemers weer op de arbeidsmarkt.
Dat verschijnsel wordt niet aangepakt. Sterker nog: de dringende behoefte van het bedrijfsleven aan een soepeler ontslagrecht om het verschijnsel zo goedkoop mogelijk toe te kunnen passen, wordt serieus besproken.

5. Er is, tot slot, echt geen werk voor iedereen.
Een lage werkloosheid lijkt leuk. Binnen de hier geldende economische opvattingen kan een kleine arbeidsreserve echter ook tot malaise leiden. Het drijft de lonen op, de producten worden dan duurder en voor je het weet verandert een bloeiende economie in een bloedstollende crisis.

Mevrouw Hamer's PvdA is aan een pr-offensief toe. Met het voorgestelde “sociale plan” wil men het goed scorende verschil maken met het CDA en andere partijen.
Nieuw? Nee. Anders? Niet echt. Revolutionair, visionair? Absoluut niet.
Met herziene Melkertbanen, een aanscherping van het huidige kabinetsbeleid (wie niet werkt, wordt gestraft) en een handreiking naar de werkgevers (lichtere lasten) is hier eerder sprake van “goedkoop scoren”. Over de ruggen van de laatste “verworpenen der aarde”.
Da's dan geheel conform de heersende economische ethiek. Geen veranderingen van economische opvattingen, geen grondige herziening van de arbeidsmarkt en dus een onhaalbaar ideaal: nul werklozen.
Ja, zo kan ik ook aan de weg timmeren, mevrouw Hamer!

Werklozen als wisselgeld.

werkloosheidDe werkgevers willen de regering ter wille zijn en het leger der werklozen aan de slag helpen. Het zoveelste banenplan? Jawel, na de werkverschaffing in de crisisjaren en de banenpools, de Melkertbanen die ID-banen werden en tal van andere banenplannen, komen de werkgevers nu ook met een banenplan. En wat gaat ze dat kosten? Een grijpstuiver. De overheid moet voor de helft bijdragen aan het nobele plan dat net zo goed Stuivertje wisselen mag heten, omdat de werkgevers alleen 200.000 landurig werklozen aan een baan zullen helpen als de regering belooft op de aanstaande participatietop het ontslagrecht zal versoepelen. Werklozen als wisselgeld dus.
Nu werd vorige week bekend dat de werkloosheid nog nooit
zo laag is geweest de afgelopen vier jaren. Slechts 347.000 mensen zaten gedwongen naar hun werkloze handen te turen. Als er de komende drie jaar geen werklozen bij komen zal dat dankzij de werkgevers dus zakken naar een krappe 147.000 arbeidsreservisten.
Dat is mooi en nog mooier is dat de werkgevers beloven de langdurig werklozen aan echte banen te helpen. Geen flauwekul-jobs zoals bij de Melkertbanen nog al eens het geval was. Nee, echt werk. Met een opleiding erbij als dat nodig is. De allermooiste zinsnede uit het nieuwe banenplan is dat de werkgevers er naar streven de aangenomen werklozen na een jaar aan een vaste baan te helpen.
Er naar streven? Wat is dat nou? Geen keiharde garanties? Maar wel eisen dat het ontslagrecht wordt versoepeld. Ik adviseer de overheid het ontslagrecht pas serieus te bespreken als de werkgevers de komende drie jaren voldoende hebben bewezen dat hun banenplan ook echt werkt. Eerst die 200.000 vaste banen en een lagere werkloosheid, dan zullen we wel weer verder zien. Want tot op vandaag de dag wordt er nog steeds al te soepeltjes ontslagen.
Natuurlijk, een beetje ontslag is een hinderpaal voor de werkgever. Vervelende vakbonden die de beste ontslagregeling voor hun leden er uit willen slepen, rechters die al gauw een ontslag goedkeuren als er maar een paar maanden vertrekpremie tegenover staat en niet te vergeten die irritante economie zelf. Die doet maar wat. Het ene moment kunnen werkgevers zo een paar duizend werknemers gebruiken omdat het zo goed gaat met de economie, even later zitten ze ermee opgescheept omdat een stijgende olieprijs hun concurrentiepositie ondermijnt en ze beter die werknemers weer naar huis kunnen sturen om een uit de kosten te blijven.
Nee, die economie is onvoorspelbaar en daar kunnen de werkgevers weinig aan doen. Behalve dan het ontslagrecht versoepelen. want is de nood weer eens aan het werk, dan kan de werkgelegenheid van het bedrijf gered worden door een paar mensen over te dragen aan het sociale vangnet van de overheid.
Het is huichelarij van de hoogste soort. Als er geen werkloosheid zou zijn, gedijt de soort economie die wij hier kennen niet goed. Want die economie draait alleen prima als de loonkosten binnen de perken blijven. En hoe hou je die kosten laag? Door de werkloosheid op peil te houden. Als iedere beschikbare arbeidskracht al een baan heeft dan moeten werkgevers maar zien hoe ze eventuele vacatures vervuld krijgen. Dat lukt dan alleen maar als er een beter salaris of leuke extraatjes worden aangeboden. Want waarom zou iemand anders van werkgever willen wisselen?
Maar hogere salarissen leiden net zo goed tot duurdere producten als een te groot tekort aan vakkrachten. Als er te weinig metselaars zijn, dan kunnen die paar vaklui hogere prijzen bedingen, want het werk moet wel gedaan worden. De vicieuze cirkel van de vrije markteconomie. Te weinig werklozen is niet goed, teveel ook niet. Dus zal het aantal werklozen precies zo groot moeten zijn dat er genoeg mensen zijn die voor een lager salaris een baan accepteren en de rest met overheidssubsidie aan het werk geholpen wordt. Dat laatste stellen nu de werkgevers ook voor. Hun banenplan moet voor de helft door de overheid mede gefinancierd worden. Maar dan wel zonder de garanties die ook de overheid nooit heeft kunnen bieden. Het verlagen van het aantal werklozen is niet het werkelijke doel van de werkgevers. Versoepeling van het ontslagrecht wel, want arbeid is het geld waar de werkgevers geheel naar eigen goeddunken over wensen te beschikken. Dit banenplan is weer een typisch geval van overbodig.